Het Assembleelid Iona Edwards (NDP) zegt dat het gevoel haar bekruipt dat de regering de internationale gemeenschap voor de gek houdt door aan te geven dat het zich committeert aan natuurbehoud en dus behoud van Suriname’s positie als carbon negatief land.
In de tweede ronde van de begrotingsdebatten maandagavond wilde Edwards van de minister van Lanbouw, Veeteelt en Visserij (LVV), Parmanand Sewdien, weten of de informatie klopt dat het ministerie gevraagd heeft om ruim een half miljoen hectare landbouwgrond te reserveren.
“Wat is het beleid van de regering? Gaat de regering voor carbon credits of voor landbouwontwikkeling?”, vraagt de parlementariër aan de regering. Bij 10.000 hectare ontbossing kan de status van Suriname als carbon negatief land omslaan naar carbon positief. Behalve de vrees dat deze gronden doorverkocht zullen worden aan Mennonieten zegt Edwards een “rush” te bemerken van particulieren die grote lappen grond aanvragen.
Ze waarschuwt ook voor hout concessionarissen die hun vergunningen willen verhuren voor miljoenen dollars. Volgens Edwards doen ze dat al met houtkap, en nu willen ze verdienen aan de Mennonieten. Er worden verschillende constructies bedacht om bestemmingswijzigingen aan te vragen van hun concessies. Ze waarschuwt hiervoor.
Beleid moet duidelijk zijn
Het Assembleelid zegt niet tegen investeringen te zijn in onder andere de landbouwsector, echter moet het beleid duidelijk zijn, vooral naar de lokale gemeenschappen toe in de desbetreffende gebieden. Eerder tijdens de eerste ronde van de begrotingsbehandeling heeft LVV-minister Sewdien op vragen en opmerkingen van verschillende leden over aanvragen van grote lappen grond voor landbouwdoeleinden de vraag opgeworpen of er voor “voedsel wordt gekozen of voor zuurstof”.
Zijn collega-minister van Buitenlandse zaken, International Business en Internationale Samenwerking (BIBIS), Albert Ramdin, heeft eerder tijdens de begrotingsdebatten zich beklaagd over ongefundeerde uitspraken ten aanzien van 550.000 hectare grond die mogelijk gereserveerd zijn voor landbouwdoeleinden. Deze uitspraken zouden volgens BIBIS-minister Ramdin schadelijk zijn voor Suriname’s imago in de wereld. Volgens Edwards moet de BIBIS-minister niet naar schuldigen zoeken. De regering heeft het aan zichzelf te wijten door geen transparantie aan de dag te leggen. Hierdoor is er bij de samenleving veel wantrouwen en speculaties ontstaan. Elke burger mag grond aanvragen, maar er worden door verschillende stichtingen aanvragen gedaan voor grote stukken grond, die mogelijk doorverkocht zullen worden aan de Mennonieten.
Mennonieten reeds bezig
Iona Edwards had het in haar betoog maandagavond over meerdere schrijven vanuit het Kabinet van de President aan de minister van GBB (Grondbeleid en Bosbeheer) waarin om informatie wordt gevraagd over grondaanvragen die zijn ingediend.
Met betrekking tot de aanwezigheid van Mennonieten in Suriname zegt het Assembleelid dat informatie haar heeft bereikt dat deze reeds bezig zijn in het Tibiti-gebied. Er zou zelfs zijn aangegeven dat het areaal van SEL (Stichting Experimentele Landbouw) is verkocht aan Mennonieten. Van LVV-minister Sewdien wil het Assembleelid weten of deze informatie juist is.
Er bestaat volgens Edwards ook een groeiende onvrede onder de inheemse gemeenschappen over mogelijke uitgifte van gronden in de omgeving van hun leefgebieden, dit terwijl het vraagstuk van grondenrechten nog steeds is opgelost. De Mennonieten zouden reeds bezig zijn onderhandelingen te voeren met inheemse traditionele leiders. Deze politiek gelieerde traditionele leiders doen volgens Edwards mee met de regering om “ons gebied” te verkopen.
Ze waarschuwt dat de inheemse gemeenschappen hiertegen in opstand zullen komen.
SS
