Een korte terugblik werpend op het bijna afgelopen jaar zegt Ronny Asabina, voorzitter en fractieleider in het parlement van de BEP, dat hij helaas weinig of nauwelijks beleid heeft gemerkt richting duurzame ontwikkeling van het achterland van Suriname. Dit staat in schril contrast met hetgeen staat in het regeerakkoord en de regeringsverklaring. Met de sterke politieke vertegenwoordiging van het binnenland in de regering en in het parlement, is volgens de BEP-fractieleider een gouden kans voorbij gegaan om daadwerkelijke duurzame ontwikkeling tot stand te brengen voor de bewoners van het achterland.
Met effectief nog iets meer dan een jaar in de zittingsperiode van de regering, en met het oog op de aankomende verkiezingen, verwacht Asabina niets meer dan dat men met populistische zaken voor de dag zal komen om “politieke zieltjes” te winnen. Een beleidsplan voor duurzame ontwikkeling van het binnenland, waar hij zegt meer dan drie jaar in het parlement om vraagt, blijkt niet op tafel gelegd te kunnen worden, omdat die er niet is.
Coalitiepartner ABOP
In het regeerakkoord tussen de twee grootste coalitiepartners, de VHP en de ABOP, en in de regeringsverklaring staat aangegeven dat grote beleidsprioriteit en aandacht zal worden gegeven aan de ontwikkeling van het het achterland. Bij de verdeling van ministeries heeft coalitiepartner ABOP alle belangrijke ministeries die direct met de ontwikkeling van het binnenland te maken hebben, toebedeeld gekregen. Het gaat om de ministeries van Regionale Ontwikkeling (ROS), Natuurlijke Hulpbronnen (NH) en Grondbeleid en Bosbeheer (GBB). Coalitiepartner ABOP heeft verder de ministeries van Transport, Communicatie en Toerisme (TCT) en Justitie en Politie (JusPol) onder zijn politiek beheer.
De partij geeft voorts invulling aan de belangrijke post van voorzitter van de Raad van Ministers (RvM) en is in het parlement kwantitatief sterk vertegenwoordigt. Desondanks is er voor het binnenland weinig of nauwelijks aan duurzame ontwikkeling tot stand gebracht.
Vraagstukken
Het grondenrechtenvraagstuk dat direct te maken heeft met de belangen van binnenlandbewoners waar de regering hoge prioriteit aan zou geven, is volgens de BEP-fractieleider nog steeds niet opgelost. Onderwijs voor kinderen in het binnenland is nog steeds een groot probleem, primaire gezondheidszorg blijft een uitdaging, en voor wat betreft transport kampen binnenlandbewoners met hoge kosten vanwege de nu reeds maandenlange afwezigheid van openbaar transport zowel te land en te water.
Asabina zegt het dan nog niet eens te hebben over de heel hoge kosten van basisproducten. Dit draagt in belangrijke mate bij aan de zeer hoge kosten van levensonderhoud voor bewoners in het binnenland. In het bijna afgelopen jaar zijn de bewoners van het binnenland volgens hem aan hun lot overgelaten.
Visie en beleid
De ordening van de goudsector, welke sector emplooi biedt aan enkele duizenden in het binnenland, laat nog steeds op zich wachten. Hierdoor ontstaan er situaties die een voedingsbodem bieden voor illegaliteit. Vanwege het uitblijven van duurzame ontwikkelingsperspectieven is er ook sprake van een sterke urbanisatie vanuit het achterland naar Paramaribo. Het ontbreken van voorzieningen voor deze groep in de stad leidt tot allerlei sociale problemen, zoals het ontstaan van sloppenwijken, tienerzwangerschap en school dropouts. Dit alles voegt toe aan de reeds bestaande sociale problemen in de stad.
Asabina zegt, dat de vele vraagstukken die met het achterland van Suriname te maken hebben met een duidelijke visie en beleid aangepakt dienen te worden. Helaas heeft hij dit jaar daar opnieuw niets van gemerkt van de regering c.q de ministers die direct met de ontwikkeling van het binnenland te maken hebben.
SS