De Suriname Economic Oversight Board (SEOB) vindt dat de overheid nu reeds moet nadenken over een IMF-programma 2 dat gericht moet zijn op versterking van instituten nadat het lopend programma voor economisch herstel afgelopen is. Ze denkt aan instituten als de verschillende ministeries, Belastingdienst, Planbureau, Rekenkamer en het onderwijs als geheel. De SEOB vindt dat de bevolking enorme offers heeft gebracht om de economie weer in balans te krijgen. Deze offers mogen niet teniet gaan na het huidige IMF-programma.
Succesvoorbeelden voor vervolg IMF-programma’s zijn op Barbados en Jamaica waar de economie en het welzijn van de bevolking sterk gegroeid zijn vanwege de sterke instituten.
In haar november-bulletin stelt de SEOB dat een vervolg IMF-programma ook het vertrouwen van financiële markten (banken en andere investeerders) in de Surinaamse economie en overheid zal vergroten. De overheid zal in de toekomst moeilijk in staat zijn zelfstandig financiële middelen tegen conventionele condities aan te trekken. Een IMF-programma 2 waarborgt de begrotingsdiscipline en de versterking van instituten.
Macro-economische stabiliteit
Vanwege getroffen monetaire en fiscale maatregelen is macro-economische stabiliteit bereikt. De wisselkoers daalt al enkele maanden. De jaar-op-jaar inflatie neemt af vanwege de daling van de wisselkoers en de werking van fiscale en monetaire maatregelen. In oktober daalde de inflatie naar 42.9 procent. Hoewel deze afneemt blijft deze hoog volgens internationale standaarden. Indien de huidige trend van afname aanhoudt schat SEOB dat de jaareinde inflatie tussen de 34% en 39% zal liggen.
De groei van de basisgeldhoeveelheid is in toom. Het verkrappende monetaire beleid leidt tot een lichte stijging van rentes bij banken. De gemiddelde leenrente op uitstaande kredieten steeg van 14.4% in augustus naar 14,7 procent in september. De rente op uitstaande hypothecaire leningen steeg het hardst, van 13.8% naar 14.4 %. De spaarrentes bleven min of meer hetzelfde.
De SEOB verwacht dat stijgingen van leenrentes zullen aanhouden in de komende maanden. Ze is bezorgd over de krimp in de economie.
Economische krimp
De maandelijkse indicator voor economische activiteit (MEAI) van de Centrale Bank van Suriname (CBvS) suggereert, dat de economie verder kromp van circa 0.2% in het 1e kwartaal naar 0.9% in het 2e kwartaal. De vergelijking wordt volgens de CBvS steeds gemaakt op basis van 12 maanden. De afname in economische bedrijvigheid in 2023 was vooral te zien in de telecomsector, gevolgd door de handelssector en de mijnbouwsector. Daarentegen noteerden de horeca-gerelateerde sectoren een groei. De visserijsector groeide ook sterk volgens de CBvS.
Er zal in de herstelfase van het IMF-programma een goede afweging gemaakt moeten worden tussen economische groei en het beperken van de kredietverlening. Beleidsmakers kunnen hierbij denken aan het stimuleren van strategische sectoren waarbij het bedrijfsleven wordt betrokken, bijvoorbeeld in de vorm van public-private partnerships.
De CBvS schat een economische krimp van 0.9% in april 2023. De SEOB is bezorgd dat de BBP-groei prognose van 2.1% niet behaald wordt indien deze trend zich voortzet.
Sectorplannen
De SEOB raadt aan het traject te continueren waarbij het bedrijfsleven met sector ontwikkelingsplannen komt. Deze kunnen uitgevoerd worden vanaf de groeifase van het herstelprogramma. Public-private partnerships dienen gestimuleerd te worden. Kredietfondsen zoals Surge en PKF kunnen effectiever ingezet worden ter ondersteuning van bedrijfsactiviteiten en vanwege de kredietbeperkingen die zijn opgelegd aan de banken.
Suriname dient nu reeds na te denken over de groeifase van het herstelprogramma. De VSB/ASFA overheidscommissie voor sectorontwikkeling zal anticiperend op de groeifase lange termijn sectorale ontwikkelingsplannen moeten ontwikkelen met flankerend overheidsbeleid.
SS