Indien de NDP weer in de regering komt zullen alle gemaakte afspraken met Guyana over de bouw van de brug over de Corantijnrivier opnieuw worden bekeken en in lijn worden gebracht met het nationaal belang. “Men is gewaarschuwd!”, zo zei NDP-fractieleider Rabin Parmessar onlangs in het parlement tijdens de Algemene Politieke Beschouwingen. Zoals de zaken tot nu via de media bekend zijn geworden zal een NDP-regering niet meewerken aan de bouw van de brug zolang de kwestie Tigri in het zuidwestelijk grensgebied met Guyana niet naar tevredenheid is opgelost, zegt Parmessar aan Dagblad Suriname.
Het kan er bij de NDP-fractie niet in dat bij de plannen voor de bouw van de brug over Surinaams grondgebied, Guyana zodanig wordt betrokken dat het het voortouw neemt. De aanbesteding voor de bouw van de brug vindt in Georgetown plaats. Ook is vernomen dat de kosten voor de bouw op fifty-fifty basis zullen worden gefinancierd. Parmessar is van oordeel, dat de huidige Surinaamse regering zich niet voldoende vergewist heeft over de uiteindelijke plannen en bedoelingen van de Guyanese regering met betrekking tot de grens met Suriname.
De Guyanese benadering en beleid met betrekking tot de grens met Suriname is vanaf de jaren ‘60 van de vorige eeuw erop gericht om op termijn de hele huidige grens met Suriname te verleggen richting het Surinaams grondgebied. Daartoe beweegt het buurland zich op internationale fora erg actief tot “agressief”. Daarbij laat Suriname zich voortdurend schofferen, zonder officieel middels diplomatieke nota’s enig protest aan te tekenen.
Huidige grens is doorn in het oog
Het is bekend dat het een grote doorn in het oog van de Guyanezen is dat de grens met Suriname bij de Corantijnrivier gevormd wordt door de linkeroever van de rivier bij laag water. Reeds decennia probeert de Guyanese regering systematisch en stapsgewijs situaties te creëren die in de toekomst de basis moeten gaan leggen om een claim te leggen op Surinaams grondgebied. Al vele jaren probeert Georgetown de grens met Suriname te verleggen naar de middenloop van de Corantijn.
De kwestie van 150 visvergunningen staat volgens de NDP-fractieleider niet op zichzelf, maar is onderdeel van het groter Guyanees plan. De kwestie van de grens tussen beide landen op zee, die enkele decennia geleden in het voordeel van Guyana is beslecht, was onderdeel van dit groter Guyanees plan. De Guyanese regering had met haar buitenlands beleid op internationale fora zich jaren hierop voorbereid. In het laatste traject heeft ze bovendien zich nog kunnen verzekeren van de steun van de grote internationale olie multinationals met hun internationale netwerken.
Voorzichtigheid geboden
De NDP-fractie is daarom van mening, dat in de kwestie van de bouw van de brug over de Corantijnrivier Suriname grote voorzichtigheid aan de dag moet leggen. Het gaat om de bouw van een infrastructuur op Surinaams grondgebied. Hoe kan het dan dat de betrokkenheid van Guyana dusdanig groot is dat bijna alle voorbereidingen vanuit Georgetown plaatsvinden? Indien het juist is dat de kosten op fifty-fifty basis zullen worden gefinancierd, vraagt Parmessar zich af hoe dit kan. Een NDP-regering zal nooit hierachter kunnen staan, zeker met ervaringen met Guyana opgedaan in het verleden. De Guyanezen zijn hiermee volgens hem bezig een basis te leggen voor een claim in de toekomst op de Corantijnrivier.
De NDP-fractie in het parlement heeft meermalen via Assembleevoorzitter Marinus Bee gevraagd om een speciale vergadering met de regering over de bouwplannen van de brug en over het strategisch beleid naar het buurland toe. Tot nog toe wordt door de regering geen transparantie hierover aan de dag gelegd. Het verzoek van desnoods een Comité Generale is tot nu toe vruchteloos gebleven. Assembleevoorzitter Bee is hier ook debet aan, vindt Parmessar.
Goede samenwerking
Met betrekking tot het Tigri-gebied in het zuidwestelijk grensgebied was eind jaren ’60 van de vorige eeuw afgesproken dat het gebied gedemilitariseerd zou worden. Vandaag de dag is er nog steeds sprake van militaire aanwezigheid van Guyana in het gebied.
De NDP-fractie zegt een goede samenwerking met Guyana voor te staan, doch vindt dat met het buurland vele issues spelen waarover eerst duidelijke afspraken moeten worden gemaakt. Een van de issues is dat de Guyanese regering al jaren op internationale fora zich steevast bedient van een landkaart met het Tigri-gebied als Guyanees grondgebied. Bij een NDP-regering zal in voorkomende gevallen terstond de Guyanese ambassadeur worden ontboden en een diplomatieke protestnota worden overhandigd. Naar het lijkt laat de Surinaamse regering deze kwestie over zich heen gaan, getuige het feit dat het buurland op internationale fora ongestoord doorgaat met het aangeven van Tigri als Guyanees grondgebied.
Rabin Parmessar roept alle nationalisten op om wat betreft grenskwesties met Guyana waakzaam te zijn.
SS