Gavin Daniël Matthias Ooft promoveerde woensdag op het onderwerp “Modelleren en voorspellen van inflatie in Suriname”. Hij verdedigde zijn proefschrift met succes tijdens een publieke zitting in de Centrumkerk, de officiële aula van de Anton de Kom Universiteit van Suriname (AdeKUS).
De inflatie, een stijging in het prijspeil, is een essentiële indicator voor beleidsmakers, consumenten en bedrijven bij het nemen van beslissingen. Beleidsmakers streven ernaar om inflatie laag te houden, omdat hoge inflatie verschillende ongewenste effecten heeft voor de samenleving. Ooft onderzocht middels een analyse van historische cijfers van 1961-2022 welke factoren inflatie in Suriname veroorzaken. Deze bepalende factoren werden vervolgens gebruikt in econometrische modellen om inflatie te kunnen voorspellen. Het onderzoek draagt bij aan de Surinaamse literatuur en modelbouw. Ook kunnen de methoden die gebruikt zijn in dit onderzoek, gebruikt worden om inflatie in Suriname, maar ook in vergelijkbare landen, te voorspellen.
Wat veroorzaakt inflatie in Suriname?
Suriname heeft verschillende perioden van hoge inflatie gekend, die zich in een veel ergere mate voordeden dan in vergelijkbare economieën als Barbados, kleine staten in het Caraïbisch gebied, Guyana, Jamaica, Latijns America, St. Lucia en Trinidad en Tobago. Het onderzoek ondersteunt de algemene opvatting dat de wisselkoers de grootste aandrijver is van inflatie. De wisselkoers staat echter niet op zichzelf. Het onderzoek wijst uit dat factoren zoals overheidstekorten en de geldhoeveelheid de inflatie in Suriname ook significant beïnvloeden. De lange-termijn elasticiteit tussen de wisselkoers en het prijspeil wordt geschat op circa 0,9 terwijl dit effect op korte termijn rond 0,6 ligt. Dat houdt in dat een wisselkoersontwaarding gecumuleerd, over de lange termijn, een groter effect heeft op prijzen dan op de korte termijn. Verder blijkt dat productie en internationale handel de inflatiedruk in Suriname kunnen verminderen. Ook werd de invloed van grondstofprijzen op de inflatie gemeten aan de hand van de grondstofprijsindex van de Wereldbank.
Voorspellen van inflatie
Het onderzoek vervolgt met enkele methoden die gebruikt kunnen worden om de inflatie in Suriname te voorspellen. Aangezien het land verschillende perioden met hoge inflatie kende, was het voorspellen van deze indicator een uitdaging. Mixed-data sampling methoden zijn voor de onderzoeker een aanbevolen manier om de jaarinflatie in Suriname te voorspellen, waarbij gebruik gemaakt wordt van strategisch uitgekozen indicatoren. Deze methoden kunnen hoge- en lage-frequentievariabelen combineren. Nauwkeurige voorspellingen van de jaarinflatie kunnen worden geproduceerd uit maandinflatiecijfers van januari tot en met tenminste juli van hetzelfde jaar. Hierbij worden maandinflatiecijfers van het huidige jaar gebruikt als indicator voor de inflatieverwachtingen. Ook blijkt geld in omloop, met een wekelijkse frequentie beschikbaar, nuttig om de inflatie te voorspellen. Voorts presenteert de dissertatie tijdreeksmodellen om de maandinflatie te projecteren. Hierin spelen de historische inflatie, de wisselkoers en geldaggregaten een belangrijke rol.
Aanbevelingen
Op basis van de resultaten van dit onderzoek kan geleerd worden in welke mate inflatie wordt beïnvloed door de geselecteerde indicatoren. De resultaten van het onderzoek benadrukken het belang van wisselkoersstabiliteit, begrotingsdiscipline en een acceptabele groei van de geldhoeveelheid. Het naleven van begrotingsregels kan hierin een belangrijke rol spelen. Daarenboven dragen een verbeterde productie en internationale handel bij aan het beteugelen van inflatie. Het meten en publiceren van inflatieverwachtingen voor Suriname wordt ook aangeraden, omdat deze helpen aanduiden waar de inflatie op korte termijn naar toe gaat. Tenslotte onderstreept het proefschrift de noodzaak voor het gebruik van data bij de financieel-economische besluitvorming.
Het onderzoek van de promovendus vond plaats onder begeleiding van prof. dr. Philip Hans Franses van de Erasmus Universiteit Rotterdam en prof. dr. Shanti Venetiaan van de AdeKUS. Enkele van de hoofdstukken van het proefschrift van Ooft zijn eerder ook gepubliceerd als artikelen in internationale wetenschappelijke vakbladen.