Mensen gedragen zich niet altijd en bij iedereen op dezelfde wijze. Iemands gedragsstijl kan variëren, afhankelijk van de situatie waarin hij/zij verkeert en van de persoon met wie hij/zij te maken heeft. Wat betreft de voorkeursstijl onderscheidt men drie verschillende gedragsstijlen, te weten subassertief gedrag, assertief gedrag en agressief gedrag.
Voorbeeld: Je buurman speelt zijn radio heel luid. Het is al elf uur ’s avonds, je ligt in bed, maar je kan door het harde geluid niet slapen. In zo’n situatie kan je drie dingen doen:
- Je zegt er niets van, maar je ergert je mateloos.
- Je schreeuwt tegen je buurman: “verdomme, zet die radio van je wat zachter”.
- Je staat op, loopt naar je buurman en zegt: “buurman, het is al elf uur ’s avonds, ik wil gaan slapen, want ik moet morgenochtend vroeg wakker worden. Door de harde muziek kan ik niet in slaap vallen. Wil je a.u.b. de radio zachter maken?
Subassertief gedrag
Als je kiest voor optie 1 laat je zich leiden door de gedachte: “als ik er iets van zeg, wordt die man misschien boos en krijgen we ruzie; of zo erg is het ook weer niet, ik hou het vol of misschien zeggen de andere buren er wat van. Niet reageren in zo’n situatie duidt op sub assertief gedrag. Als je subassertief bent, laat je zich gemakkelijk de mond snoeren en commanderen. Mensen in je omgeving krijgen hun zin. Vanwege je verlegenheid of onzekerheid geef je geen grenzen aan, neem je geen verantwoordelijkheid en voel je slachtoffer. Mensen met sub assertief gedrag durven nauwelijks voor zichzelf op te komen. Ze zijn geneigd zichzelf weg te cijferen, op te offeren en over zich heen te laten lopen. Deze mensen vinden het erg moeilijk hun wensen en behoeften uit te spreken en om steun te vragen. Ze houden zich stil, geven snel toe, vermijden conflicten, durven geen kritiek te leveren en geen nee te zeggen. Door dit gedrag doen zij zichzelf tekort en geweld aan. Op lange termijn kan subassertief gedrag leiden tot het opbouwen van onderhuidse spanning.
Agressief gedrag
Als je kiest voor optie 2, vertoon je agressief gedrag. Je bereikt er misschien wel mee dat je buurman zijn radio zachter zet, maar je lokt burenruzie uit. De spanning zal voelbaar zijn. Bij agressief gedrag kom je zodanig voor jezelf op dat je door verbaal en/of lichamelijk geweld over de ander heen walst. Kenmerken van agressief gedrag zijn: dominante opstelling, weinig respect hebben voor andermans mening, slecht luisteren, schreeuwen, overdreven kritiek geven, anderen overheersen en negeren. Agressief gedrag kan op korte termijn voordelen hebben doordat mensen conflicten met je vermijden en gewoon doen wat je zegt. Op lange termijn leidt agressief gedrag tot grote spanningen.
Assertief gedrag
Als je kiest voor optie 3, dan vertoon je assertief gedrag. Mensen met assertief gedrag durven op te komen voor hun eigen mening, gevoel, rechten en standpunten zonder zich schuldig of onzeker te voelen en zonder de belangen van de ander te schaden. Bij assertiviteit gaat het om het uiten van je gedachten, gevoelens en meningen op een directe, eerlijke en gepaste wijze en op een manier die past bij de situatie en die respectvol is naar jezelf en naar de ander. Het betekent dat je een balans hebt tussen het behartigen van je eigen belangen en het rekening houden met de belangen van een ander. Bij assertief gedrag speelt de lichaamstaal een
belangrijke rol ( met een glimlach bereik je meer ).
Iemand met assertief gedrag uit kritiek in de volgorde van:
1. Probleem constateren/specifiek gedrag benoemen (je radio is te luid)
2. Zeggen hoe het gedrag van een ander is/uitspreken van je gevoelens (ik heb er last van)
3. Wat het gedrag van de ander met je doet (door het harde geluid kan ik niet slapen)
4. Verzoek doen tot oplossen van het probleem (wil je je radio aub zachter zetten).
Op deze manier creëer je een onderhandelingssituatie in plaats van een conflict. Deze handelswijze kan je altijd en overal gebruiken, van je gezinssituatie tot op je werkvloer.
Het onderscheid tussen het subassertieve type en het agressieve type is, dat de subassertieve persoon onvoldoende respect voor zichzelf heeft, terwijl de agressieve persoon onvoldoende respect voor een ander heeft. De subassertieve persoon zal stress bij zichzelf ervaren, het agressieve type is voortdurend een stressfactor voor anderen, maar hij loopt risico op lange termijn zelf gestrest te raken, omdat hij zich voortdurend opwindt.
De assertieve persoon loopt de minste kans gestrest te raken, omdat hij niets opkropt en problemen tactvol oplost. Assertiviteit is aan te leren. Overal waar er wordt samengewerkt, zou het personeel trainingen moeten krijgen in het aanleren van assertief gedrag. Daardoor zou de onderlinge verstandhouding beter worden en zouden mensen minder gestrest raken, hetgeen het bedrijf ten goede zal komen.
Jack Mohanlal