Tijdens de behandeling vorige week in de Nationale Assemblee van de ontwerpwet Toezicht Bank- en Kredietwezen, heeft NDP-fractieleider Rabin Parmessar zich afgevraagd hoe het staat met het toezicht bij de Centrale Bank van Suriname, CBvS. De ontwerpwet Bank- en Kredietwezen voorziet in de aanscherping van de toezichthoudende taken en bevoegdheden van de Moederbank naar banken en kredietinstellingen toe.
Maar bij de Centrale Bank van Suriname zijn er zelfs zaken gaande waar meer openheid in gegeven moet worden.
Parmessar noemde onder meer de kwestie Blauwmeer, waar de vorige minister van Financiën toen in de hoedanigheid van directeur van Assuria bij betrokken is geweest. Hij wilde de stand van zaken weten in deze kwestie.
Ook in de reçufraude van vorig jaar waar een bedrag van SRD 40 miljoen van de rekening van Financiën bij de Centrale Bank is gestolen, wilde het Assembleelid weten wie de functionarissen zijn bij Financiën en de CBvS die toezicht moesten houden op de dagelijkse betalingsoverzichten, en waarom er geen maatregelen tegen hen zijn genomen.
Parmessar wil ook weten waarom de directeuren bij de CBvS nog niet conform de Bankwet zijn benoemd. Eerst heeft het maanden geduurd voordat de nieuwe Bankwet na goedkeuring door het parlement door de president werd bekrachtigd. Allerlei argumenten werden aangedragen om de late bekrachtiging van de Bankwet te rechtvaardigen.
De NDP-fractieleider wilde duidelijkheid over de benoeming van de CBvS-directeuren, zoals voorgeschreven door de nieuwe Bankwet. Verder is er nog de kwestie van OMO (Open Markt Operaties) oftewel de termijndeposito veilingen van de CBvS. Ondanks de vele kritieken hierover gaan de termijndeposito veilingen ongestoord door.
SS