We hebben gisteren de viering gehad van een van de belangrijkste feestdagen van de hindoes in Suriname en ook in de rest van de wereld. Heel regelmatig hebben we vaste en individuele vastenperiodes gehad met name bij de ‘navratri’ (9 avonden)-periodes. Deze vastenperiodes kenmerken zich door het zich onthouden van voeding met dierlijke elementen en ook frequent bezoek van de mandir.
Wij hebben de laatste tijd ons de gewoonte eigen gemaakt om bij hoogtijdagen van de 3 grootste religies in Suriname, om kritische kanttekeningen te plaatsen bij het effect dat vastenperioden en religieuze feest- en herdenkingsdagen op de samenleving hebben. Divali wordt vaak heel eenvoudig uitgelegd als het lichtjesfeest. De parallellen zijn dan al gauw getrokken met het kerstfeest, maar er zijn verschillen en overeenkomsten. Het licht wordt dan symbool gesteld om duisternis tegen te gaan en te verlichten. Dat verlichten is eenvoudig om in de letterlijke zin te vatten; door het licht van de dia kunnen we in de nacht zien. Moeilijker voor de eenvoudige ziel is om te vatten de meer diepere en essentiële betekenis ervan namelijk, het aanmaken van het licht in onze harten. En wij constateren dat mensen de dia wel gemakkelijk kunnen aanmaken, meer het licht schijnt niet in en tot de binnenste van de harten.
De hindoeïstische leer gaat uit van 5 ondeugden die ons hart in duisternis dompelen. Tijdens Divali wordt in een belangrijk gebed, dat is in de vierregelige kwatrijngebed de Lakshmi Mantra, een heel belangrijk gebed gedaan om uiteindelijk in het leven het hart te verlichten namelijk: een gebed om de innerlijke vijanden te vernietigen. Daar zien we dan een belangrijk cultureel verschil tussen hindoes en andere groepen die bijvoorbeeld zeggen en zingen dat ‘na mi feyanti den na dorosey’ (mijn vijanden zijn buiten / andere mensen). Ook de moslims willen hun innerlijke vijanden vernietigen als ze tijdens de Ramadan vasten, dat is de meest essentiële bedoeling van het vasten. Het kennen van deze verschillen is van belang om als natie dichter bij elkaar te komen. Maar wat zijn dan de innerlijke vijanden in de Lakshmi Mantra die de Opperste Ziel gepersonifieerd door een van haar aspecten Lakshmi moet vernietigen in onze harten?
In de hindoetheologie zijn Arishadvarga de zes passies van de geest of het verlangen: kaam (lust), krodh (woede), lobh (hebzucht), moh (gehechtheid), ahankar (arrogantie) en matsarya (jaloezie). Deze negatieve kenmerken weerhouden de mens ervan om moksha of verlossing te bereiken. Al deze negatieve kenmerken weerhouden de mens om zich volledig te ontplooien, maar een aantal van ze heeft ook direct effect op de mens in de omgeving en soms in het hele land. Dan denken we aan vooral hebzucht, arrogantie en jaloezie, maar ook gehechtheid, waardoor men de mensen aan wie men gehecht is, voortrekt.
We zitten nu in een tijdperk in Suriname waar misschien meer dan ooit tevoren Divali voor het voetlicht geplaatst zal worden, bijvoorbeeld vanwege de samenstelling van de regering en de regeercoalitie. We zitten met een aantal mensen in het bestuur, meer dan voorheen, die al meer dan 45 jaar bewust Divali viert. Dat betekent dat we, als we onze religie oprecht hebben beleden, dat we meer sympathie en sociaal gevoel voor de medemens (in nood), nederigheid en bescheidenheid moeten merken.
Gelet op de samenstelling van de regering, dan betrekken we de Ramadan en haar effecten ook in deze kritische benadering, want de beoogde effecten zijn bij beide feesten hetzelfde, alleen de weg naar het effect verschilt. Helaas moeten wij constateren dat wij het effect in de dagelijkse handel en wandel niet merken, en in principe in de afgelopen 3 decennia nooit hebben gemerkt. We zien juist overdadig veel hebzucht, arrogantie en gehechtheid. En dan nog te bedenken, dat voorzitters van hele grote gemeenten in Suriname een politieke partij kiezen en actief de zijde kiezen van en participeren in de structuren van bepaalde partijen.
We merken vooral in aanloop naar de viering van Divali dat veel mensen hun huizen en erven krampachtig en fanatiek schoonmaken, maar de vraag is dan of men ook tijd besteedt aan de innerlijke reiniging en verplichting.
De indruk is dat velen de betekenis van Divali niet begrijpen, los dus van de boodschap dat de mens recht heeft op feest en plezier. Daarom is het ook te verklaren dat in bepaalde boiti’s men het kon presteren om nog keiharde muziek vanuit praalwagens te spelen en mensen zelfs na 00.00 uur uit hun slaap wakker te waken. Wij dachten altijd dat Divali en milieuvervuiling, want dat is lawaai vanuit de straat wel, niet bij elkaar horen.
Er is een behoorlijk moeilijke taak voor de geestelijken om meer authenticiteit in de beleving van Divali te brengen. Het is allemaal te gecommercialiseerd en een soort circus geworden met activiteiten hier en daar. De pandits hebben een zware taak, omdat men ergens enkele decennia terug terughoudendheid in acht is gaan nemen om de afstand met de gelovige niet te vergroten door kritiek. Hier en daar zou die afstand ook betekenen minder inkomen. De verslapping en normvervaging die is opgetreden is niet gemakkelijk in te halen. Nadat de verslapping verder zich heeft ingezet en door de vervaging dingen niet meer duidelijk zijn, kan een generatie teruggaan naar de kern om zichzelf goed te herkennen.
Divali is een feest om een sociaal rechtvaardige samenleving te krijgen, maar het is geen vehikel voor een verloren generatie. Divali zal het effect hebben op de gehele samenleving wanneer degenen die regeren en erin geloven ook het gedachtegoed begrijpen en zich ernaar gedragen.