De zogeheten Euro bondholders (Oppenheimer obligaties) hebben ingestemd met het aanbod van de Surinaamse regering om de twee uitstaande obligaties in te ruilen voor één (1) nieuw uit te geven obligatie. De twee uitstaande obligaties hebben een gezamenlijke waarde van in totaal USD 912 miljoen. Deze zullen worden omgezet in een nieuwe obligatie van de Republiek Suriname met een nominale waarde van USD 660 miljoen, aangevuld met een olie gerelateerde Value Recovery Instrument (VRI) tot een totaal bedrag van USD 316,6 miljoen.
Volgens het aanbod van de Surinaamse regering aan het Comité van de Eurobondholders gedateerd 23 oktober, zullen de nieuwe obligaties een looptijd hebben van 10 jaar en een coupon van 7,95 procent. Gedurende de eerste twee jaar zal slechts 4,95 procent contant worden betaald, met de overige 3 procent gekapitaliseerd. De aanvullende VRI is afhankelijk van toekomstige van olie-royalty inkomsten uit Blok 58. Nadat eerst een bedrag van USD 100 miljoen aan olie-royalties naar de regering is gegaan, worden de cediteuren in staat gesteld om 30 procent van de jaarlijkse olie-royalties van Blok 58 op te eisen.
De houders van de Eurobonds hadden tot uiterlijk 3 november de tijd om in te stemmen met het aanbod van de Surinaamse regering. De Surinaamse regering heeft bekendgemaakt dat zij de vereiste instemming van de bondholders heeft ontvangen.
De regering verwacht dat op of rond 27 november alle technische zaken zullen zijn afgerond. De nieuwe obligaties tezamen met de olie-gerelateerde VRI zullen dan worden overhandigd aan de daarvoor in aanmerking komende houders.
SS
