TotalEnergies heeft haar betrokkenheid bij het enorme olieontwikkelingsproject in Blok 58 voor de kust van Suriname bevestigd. Chief Executive Officer (CEO) Patrick Pouyanne kondigde de plannen van het bedrijf aan om een deel van de CAPEX van APA voor het project op zich te nemen. Total-functionarissen bespraken het project tijdens het Strategy & Outlook-evenement van het bedrijf op 27 september.
Hoewel TotalEnergies en APA elk een belang van 50% hebben, is Total van plan het grootste deel van de geschatte ontwikkelingskosten van 9 miljard dollar te betalen. Deze financiële regeling zal TotalEnergies toegang geven tot 75% van de oliekosten van APA om de terugbetaling van de carry te vergemakkelijken, wat een sterk economisch potentieel voor Total biedt.
Volgens Pouyanne: “Deze is voor ons geen groot probleem… het zal over drie jaar vrij snel worden terugbetaald, tegen 60 dollar per vat. Wij betalen een deel van de CAPEX van onze partner. Dat alles zullen we binnen drie jaar terugverdienen van hun oliekosten… hoe hoger de prijs, hoe sneller het zal zijn.”
Nicolas Terraz, president van Exploratie en Productie bij TotalEnergies, benadrukte de waarde van de hulpbronnen die zullen worden aangeboord in Blok 58 voor de kust van Suriname. Hij zei dat de twee belangrijke olievondsten – Sapakara South en Krabdagu – bijna 700 miljoen vaten aan winbare hulpbronnen bevatten. De hulpbronnen zullen worden ontwikkeld in een tempo van 200.000 vaten per dag (bpd). Terraz zei verder: “Dit project voldoet aan onze eisen op het gebied van eenheidskosten en emissie-intensiteit.”
Terraz onthulde dat de technische kosten van het project 20 dollar per vat olie-equivalent (CAPEX + OPEX) bedragen, en dat de geschatte (Scope 1 +2) emissie-intensiteit van het project 13 kg/boe bedraagt.
“Het eerste jaar hebben we toegang tot behoorlijk wat olie dankzij de transportvergoeding van Apache, onze partner. En zie je… het interne rendement bedraagt 15% bij een olieprijs van 60 dollar per vat,” aldus Terraz.
Dit offshore olie-ontwikkelingsproject in diep water heeft veel aandacht gekregen vanwege de enorme omvang ervan en het feit dat er in Suriname lang naar uitgekeken is. De routekaart voor de ontwikkeling krijgt al vorm: eind 2023 worden gedetailleerde technische studies (FEED) gelanceerd en eind 2024 wordt de definitieve investeringsbeslissing (FID) verwacht. De productie zal naar verwachting in 2028 van start gaan.