De inflatie van voedsel en brandstof zal voor de resterende maanden van dit jaar een druk blijven leggen op lokale prijzen. Volgens de Suriname Economic Oversight Board (SEOB) brengen de voedsel- en brandstofprijsstijgingen het inflatiedoelstelling volgens het IMF-programma van 36,4 procdent in 2023 in gevaar. Ook kunnen overheidsuitgaven aan onder andere goederen en diensten en het sociaal programma, afhankelijk van hun omvang, een verder druk leggen op de inflatie indien er meer geld in omloop komt. De Suriname Economic Oversight Board (SEOB) schrijft in haar maandelijkse bulletin dat ondanks dat er enkele maanden sprake is van stabiele wisselkoers, de prijzen per eind juli 56,6 procent hoger stonden dan juli van het vorig jaar. De inflatie in juni stond op 54,6 procent.
In vergelijking met het vorig jaar, werden de prijsstijgingen in juli vooral veroorzaakt door stijgingen in voedsel- en brandstofprijzen. Ook zorgde de afbouw van de subsidie op nutstarieven voor prijsstijgingen van elektriciteit en water. In juli had nutsvoorziening het grootste effect op de inflatie. De inflatie kan onderverdeeld worden in kerninflatie en voedsel- en brandstofinflatie. De kerninflatie neemt de fluctuerende onderdelen in de inflatie niet mee.
In de afgelopen maanden nam de bijdrage van de kerninflatie af en droegen vooral voedsel- en brandstofprijzen bij aan de lokale inflatie. De voedsel- en brandstofprijzen werden gedreven door (1 de wisselkoers, (2) de afbouw van subsidies op brandstof, en in recente maanden (3) internationale prijsstijgingen.
De verwachting is dat voor de komende maanden van dit jaar de voedsel- en brandstofinflatie druk zal blijven leggen op de prijzen.-