Op 7 juni 1989 werd Suriname getroffen door een vliegramp die het land diep schokte. Een vliegtuigongeluk kostte het leven aan 178 mensen. Het tragische incident wierp al snel vragen op over de kwalificaties van de piloot, die achteraf bleek te beschikken over een verlopen vliegbewijs.
Het vliegtuig, een DC-8 van Surinam Airways (SLM), stond onder het gezag van kapitein Will Rogers. Ondanks onbetrouwbare omstandigheden en het ontbreken van de vereiste toestemming besloot Rogers om gebruik te maken van het Instrument Landing System (ILS) voor de landing. Dit leidde tot drie mislukte landingspogingen voordat het noodlottige moment zich voordeed. Bij de vierde poging werd een automatische waarschuwing (Ground Proximity Warning System – GPWS) genegeerd, waarbij het vliegtuig op slechts 25 meter hoogte twee bomen raakte. Het vliegtuig kantelde om zijn lengteas en stortte om 04.27 uur lokale tijd ondersteboven neer.
Wat later aan het licht kwam, werpt een schokkend licht op de situatie. De bemanning was ingehuurd door een Amerikaans uitzendbureau voor piloten, en het bleek dat hun papieren niet in orde waren. Kapitein Rogers had gelogen over zijn leeftijd en was in werkelijkheid te oud om te mogen vliegen. Daarnaast bezat hij geen geldige vergunning om een DC-8 te besturen en was hij formeel geschorst voor eerdere misstappen, waaronder het landen op de verkeerde baan. De copiloot gebruikte een valse naam en vervalste documenten, en het is waarschijnlijk dat hij nooit over de juiste vergunning heeft beschikt om een passagiersvliegtuig te besturen.
Opmerkelijk genoeg werden de directie leden van Surinam Airways (SLM) niet verantwoordelijk gehouden voor deze tragische daad, wat vragen doet rijzen over de verantwoordelijkheid en het toezicht in de luchtvaartindustrie van Suriname.
De vliegramp van 1989 blijft een pijnlijke herinnering aan de noodzaak van strikte naleving van regels en voorschriften binnen de luchtvaartsector om de veiligheid van passagiers te waarborgen.
Illegale Zuid-Afrikaanse piloot
Een piloot met meer dan twintig jaar ervaring bij South African Airways (SAA) heeft ontslag genomen nadat werd ontdekt dat hij met een vals vlieg bewijs had gevlogen. De vervalsing kwam aan het licht na een incident tijdens een vlucht van Zuid-Afrika naar Duitsland.
SAA heeft strafrechtelijke aanklachten ingediend tegen de piloot en eist financiële compensatie. Een veiligheidsfunctionaris bij SAA is ook geschorst omdat hij zou hebben geprobeerd de vervalsing te verdoezelen. De piloot had bij SAA als boordwerktuigkundige gewerkt voordat hij in 1994 piloot werd. Hij bekleedde de functie van Senior First Officer, maar had de controle over een vliegtuig gehad tijdens een turbulent incident boven de Zwitserse Alpen.
Later werd ontdekt dat hij alleen in het bezit was van een commerciële vliegbrevet, en niet van een vliegbrevet voor luchtvaartvliegers (ATPL) dat vereist is voor internationale langeafstandsvluchten. De zaak heeft vragen doen rijzen over het vergunningsproces en het toezicht binnen de Zuid-Afrikaanse burgerluchtvaartautoriteit.