Nieuwe bestemming voor overwoekerde ovens
De met veel fanfare geïntroduceerde vuilverbrandingsovens tijdens de tweede regering Bouterse als onderdeel van ‘Bouta’s Milieuplan’ staan er nu als monumenten bij. “Bij de introductie van de verbrandingsovens heeft men niet verder doorgedacht”, stelt minister Riad Nurmohamed van Openbare Werken. “Men heeft niet gedacht aan de brandstofprijzen. De torenhoge brandstofprijzen zijn de nekslag geworden. Het is een heel dure grap om ze te opereren. De input is veel te hoog. Ze staan nu als monument.”
De bewindsman geeft aan, dat de ovens aan de ene kant wel goed kunnen zijn voor het verwerken van vuil, maar dat die nu niet toegepast kunnen worden. “We gaan kijken of private bedrijven geïnteresseerd zijn in de ovens, voor het verbranden van industrieel- of -ziekenhuisafval. Daartoe kunnen zij hun interesse kenbaar maken.”
120 ovens
Enkele jaren terug werden vuilverbrandingsovens aangekocht. In 2020 heeft toenmalig minister Antoine Elias van Volksgezondheid ook nog de commissie Vuilbrandingsoven geïnstalleerd. Volgens de voormalige bewindsman moest het project een onafhankelijke autoriteit worden. De taak van de commissie was om hieraan te werken en dit project verder te ontwikkelen.
Het project ontstond volgens Elias toen oud-president Desi Bouterse op Tapoeripa in het binnenland was voor de opening van een poli. Toen merkten zij dat enkele dorpelingen zakken met vuil langs het water dumpten. Zo ontstond Bouta’s Milieuplan.
Tijdens de regering Bouterse werden meer dan 20 ovens geïnstalleerd over het hele land. De bedoeling was meer dan 120 ovens. Echter daarvan is na de regeringswisseling niets terechtgekomen. Het is onduidelijk hoeveel de ovens de belastingbetaler hebben gekost.