De toetsing van de Amnestiewet 1989 door het Constitutioneel Hof vond donderdag 3 augustus plaats. Het was de vierde openbare zitting van het Constitutioneel Hof.
De Amnestiewet is de wet die amnestie heeft verleend aan degenen die strafbare feiten hebben gepleegd tussen 1 januari 1985 en 20 augustus 1992. Dit was de periode van het zogeheten binnenlands conflict in Suriname.
De verzoekster die het verzoek deed om de Amnestiewet te toetsen aan verenigbaarheid met nationale wetgeving en internationale verdragen is mr. Shanti Sheombar. Met de komst van de Amnestiewet werd het vooral voor nabestaanden bijna onmogelijk gemaakt om een rechtvaardig rechtsproces in te stellen tegen verdachte personen die werden verdacht van het zich schuldig maken aan strafbare feiten zoals die opgenomen stonden in de Amnestiewet.
Suriname dient zich als verdragsstaat ten alle tijde te houden aan de geratificeerde verdragsbepalingen (Pacta sunt servanda). De Amnestiewet is in artikelen van diverse mensenrechtenverdragen aangehaald als een schending van het recht op een eerlijk proces en een wet die in strijd is met het vervolgen van een ieder die zich schuldig maakt aan een strafbaar feit.
Het Constitutioneel Hof is na onderzoek tot de conclusie gekomen. dat de Amnestiewet in strijd is met de Grondwet en de verschillende mensenrechtenverdragen waar Suriname partij van is.