Suriname kan spoedig verdienen aan koolstofkredieten. Dat beweert althans minister Marciano Dasai van Ruimtelijke Ordening en Milieu (ROM) die vrijdag 28 juli in aanwezigheid van president Chandrikapersad Santokhi een presentatie verzorgde op het Kabinet van de President. Hij wees erop, dat het land vanwege zijn carbon negatieve status en enorme bosdichtheid een grote kans maakt op de carbonmarkt.
Minister Dasai heeft dan ook de mogelijkheden en het plan van aanpak besproken, zo bericht de Communicatie Dienst Suriname, CDS.
“We kunnen, als we nog werk verzetten, binnen twee maanden al verdienen”, sprak de ROM-minister. Hij zei, dat sinds 2016 metingen zijn gedaan van projecten waar sprake is van carbonreductie. “We hebben koolstofkredieten gemeten tussen 2016 en 2021 en die zijn gerapporteerd volgens de richtlijnen van de United Nations Framework Convention on Climate Change. Er moet gewerkt worden aan beleidvorming hierover en het gereedmaken van de nodige wetgeving.”
President Santokhi is van mening dat de potentie van Suriname zo spoedig mogelijk in kaart gebracht moet worden. Hij acht het ook van belang om Surinames carbon negatieve status in te zetten en samen met landen in de regio een vuist te vormen tijdens de aanstaande COP 28 Klimaatconferentie in Dubai.
Er zijn verschillende markten waar tussen de US$ 3 en US$ 10 per ton CO2-reductie valt te verdienen. Suriname heeft 18.1 miljoen ton CO2-reductie kunnen meten. Volgens minister Dasai valt weliswaar veel te verdienen, maar hij acht hetgeen terugvloeit naar de samenleving belangrijk. “Als we inkomsten verdienen uit koolstofkredieten dan moet iedereen ervan kunnen profiteren.”
- Het zijn positieve woorden van de bewindsman. Maar, iedereen weet dat vanuit regeringskringen op podia wereldwijd al vele jaren wordt bepleit, dat Suriname gecompenseerd moet worden voor haar bosbeleid, voor haar longen van de aarde. Maar, tot nu toe is het vooral bij woorden gebleven en nog geen cent is in de staatskas beland van geïndustrialiseerde landen. Het ontbreekt waarschijnlijk aan een zekere mate van deskundigheid binnen de regering en betrokken ambtenaren om de juiste wegen te bewandelen om daadwerkelijk ooit te kunnen gaan verdienen aan de ‘carbon credits’.
- Er zou een plan van aanpak zijn, zo is in het CDS-bericht te lezen. Maar wat dat plan van aanpak behelst, wordt niet met de samenleving gedeeld.
- “We kunnen, als we nog werk verzetten, binnen twee maanden al verdienen”, zei de ROM-minister. Hij laat echter in het midden wat dat werk is dat nog verzet moet worden. Wie moet wat nog doen? Dat de bewindsman denkt dat Suriname al binnen twee maanden kan verdienen, is een gedachte die waarschijnlijk alleen bij hem leeft. Waarom zou het nu plotseling binnen twee maanden wel lukken om geld binnen te slepen aan carbon credits, wat de afgelopen jaren nooit is gelukt?
Het lijkt op de gang van zaken rond toekomstige olie- en gasontwikkelingen: eerst zien, dan geloven!
CDS/PK