De regering heeft in de voorbije periode sinds haar aantreden een bedrag van ongeveer USD 600 miljoen aan schuldaflossingen voldaan. Dit zei minister Albert Ramdin van Buitenlandse Zaken, International Business en Internationale Samenwerking (BIBIS) woensdag voor aanvang van de wekelijkse Raad van Ministers-vergadering. De totale schuld-BBP ratio van rond de 160 procent is hiermee thans gedaald naar beneden de 120 procent. Volgens het IMF-programma dat nu in uitvoering is, ligt het in de bedoeling dat de schuld-BBP ratio tegen eind 2024 rond de 90 procent moet zijn. Volgens de internationale norm ligt een gezonde schuldratio rond de 60 procent. Het terugdringen van de schuldratio van het land is fundamenteel.
Het is volgens Ramdin onderdeel van de gezondmaking van de economie. Een gezonde schuldratio bepaalt de internationale credit rating van het land, en daarmee de capaciteit om te kunnen lenen. Suriname is op de goede weg, zegt Ramdin.
Effectieve schuld USD 3,1 miljard
Het Bureau voor de Staatsschuld meldt in haar recentste publicatie over de staatsschuld, dat deze aan het eind van het eerste kwartaal van dit jaar effectief USD 3,1 miljard bedraagt. De waarde uitgedrukt in de lokale valuta bedroeg SRD 113,2 miljard.
Conform de wijziging van de wet op de staatsschuld (S.B. 2023 No. 51) van 16 maart 2023, is aangegeven dat de schuld in vreemde valuta gewaardeerd wordt tegen de geldende wisselkoersen van de Centrale Bank van Suriname op de dag van rapportage. Hierdoor is vanaf dat moment de schuld op basis van de wet gelijk aan de schuld conform de internationale definitie. Dus wettelijke Staatsschuld bedroeg aan het eind van het eerste kwartaal 2023 tevens SRD 113,2 miljard.
Uit de cijfers van het Bureau voor de Staatsschuld blijkt, dat de totale effectieve staatsschuld uitgedrukt in SRD per eind maart 2023 met ongeveer 12 procent is toegenomen ten opzichte van dezelfde periode vorig jaar.
Dit komt door de toename van achterstanden op de binnenlandse schuld met circa 13 procent. Op de totale schuld bedroegen de achterstanden ultimo maart 2023 USD 522,4 miljoen.
Een andere reden voor de toename van de effectieve staatsschuld aan het einde van het eerste kwartaal 2023 is de wisselkoers depreciatie van de SRD ten opzichte van de USD. Deze depreciatie bedroeg per eind maart van dit jaar 13,4 procent.
Vanwege het aandeel van 89 procent van vreemde valuta schulden in de totale schuldportefeuille, drukt de depreciatie van de wisselkoers zwaar op niet alleen de stand van de schuld, maar ook op de schuldenlast betalingen van de overheid.
Trekkingen en betalingen
Aan het eind van het eerste kwartaal 2023 waren de totale trekkingen gelijk aan USD 12 miljoen. Het ging hierbij vooral om buitenlandse multilaterale leningen (USD 11 miljoen) aangegaan voor lopende projecten t.b.v. onderwijs en huisvesting. Bij de binnenlandse schuld zijn de trekkingen uitsluitend ten behoeve van infrastructurele werken en bedroegen USD 1 miljoen. In het eerste kwartaal van vorig jaar bedroegen de totale trekkingen USD 51,0 miljoen.
De totale schuldenlast bedroeg in het eerste kwartaal van 2023, USD 44,4 miljoen. In het eerste kwartaal vorig jaar bedroeg de totale schuldenlast USD 28,5 mln.
Aan aflossingen is er in 2023 USD 27,6 miljoen betaald terwijl voor rente en andere kosten USD 16,8 miljoen betaald is. Van de totale schuldenlast is 58 procent op de buitenlandse schuld en 42 procent op de binnenlandse schuld. Na de schuldlastbetalingen in het afgelopen kwartaal aan de Paris Club crediteuren in verband met herstructurering was in dit kwartaal de Export-Import Bank of India te beurt. Deze betalingen hadden betrekking op 60 procent van de achterstanden per 31 december 2023 en bedroegen USD 4,3 miljoen.
Categorieën
De staatsschulden zijn onder te verdelen in vier categorieën. De eerste betreft de multilaterale schulden. Dat zijn schulden bij onder andere banken zoals de IDB en de Wereldbank die projecten in Suriname hebben lopen. Deze schulden kunnen niet worden herschikt. De betalingen zijn ook normaal doorgegaan. De tweede categorie schulden zijn die bij de Centrale Bank van Suriname en de lokale banken. De derde categorie zijn schulden bij de zogeheten Oppenheimer bondholders en de vierde categorie zijn de zogeheten bilaterale schulden, waaronder die met de Paris Club, de schulden bij China en India.
SS