Leden van de Verenigde Naties hebben maandag het allereerste verdrag ter bescherming van het zeeleven op volle zee aangenomen.
Afgevaardigden van de 193 aangesloten landen barstten in applaus uit en stonden vervolgens op in een aanhoudende staande ovatie toen de Singaporese ambassadeur voor oceaankwesties, Rena Lee, die de onderhandelingen voorzat, met haar voorzittershamer sloeg nadat ze geen bezwaren tegen de goedkeuring van het verdrag had gehoord.
Oceanen produceren het grootste deel van de zuurstof die we inademen en absorberen koolstofdioxide, waardoor ze steeds belangrijker worden bij het verminderen van de koolstofemissies die de opwarming van de aarde stimuleren. Toch wordt momenteel slechts 1% van de uitgestrekte oceaangebieden beschermd.
Een verdrag ter bescherming van de biodiversiteit in wateren buiten de landsgrenzen, bekend als de volle zee, die bijna de helft van het aardoppervlak beslaat, was al meer dan 20 jaar in discussie, maar de inspanningen stopten herhaaldelijk tot maart.
De goedkeuring van het verdrag volgt op een apart historisch akkoord dat in december door de wereldregeringen in Montreal is bereikt en waarin de toezegging is opgenomen om tegen 2030 30% van het land en het water te beschermen dat belangrijk wordt geacht voor de biodiversiteit, ook wel bekend als 30 bij 30.