Suriname heeft onlangs weer toestemming verkregen van het IMF, dat zij verder kan rekenen op haar financiële steun onder strenge voorwaarden. Albert is echter de mening toegedaan dat sinds de samenwerking dit “moordend” is voor de burger die iedere dag haar leven zien wegkwijnen, zo zegt hij in gesprek met Dagblad Suriname.
“Het is ongelooflijk om te horen, dat de regering er prat op gaat dat het IMF de regering complimenteert, terwijl ze niets anders dan een schuld erbij heeft gekregen. Men probeert de burger voor te houden, dat het IMF een menselijk gezicht heeft, woorden die ook de voortvluchtige ex-minister van Financiën Gillmore Hoefdraad gebruikte toen hij het IMF bracht naar Suriname”, aldus Albert, die de relatie tussen het IMF en Suriname al vele jaren volgt.
De waarheid is volgens Albert, dat het IMF Suriname niet helpt, maar eerder benadeelt. Het hoge rentepercentage en de noodzaak het budget te beperken, drukken zwaar op de Surinamers. Door de financiële steun die het IMF aanbiedt, zal de inflatie blijven stijgen met mogelijk hoge maandelijkse prijsstijgingen.
Bovendien zal de regering diensten waar de burgers op rekent worden beperkt, waardoor het leven voor veel mensen nog zwaarder wordt.
Surinamers zullen nog meer inkomensongelijkheid zullen ondervinden.
Het Internationaal Monetair Fonds is een wereldwijde organisatie die financiële programma’s in verschillende landen vrijgeeft om te helpen bij economische stabilisatie. Deze programma’s omvatten voorwaardelijke leningen die vereisen, dat regeringen een specifiek economisch beleid voeren om toegang tot financiering te krijgen. Helaas hebben de resultaten van deze programma’s aangetoond, dat IMF-programma’s falen in door armoede geteisterde landen.
Een belangrijke reden waarom IMF-programma’s in arme landen falen, is dat ze te veel gericht zijn op macro-economisch beleid, waardoor sociale uitgaven en inclusieve groei in het gedrang komen.
Het beleid van de IMF-programma’s is vaak procyclisch van aard, wat betekent dat ze economische hoog- of laagconjunctuur verergeren, afhankelijk van de huidige situatie in de ontvangende landen.
Dit beleid vraagt doorgaans om bezuinigingsmaatregelen, waaronder het verlagen van de overheidsuitgaven en het verhogen van de belastingen, die rechtstreeks van invloed zijn op essentiële openbare diensten.
Armen
Het zijn vaak de armen die het meest lijden onder dergelijk beleid, aangezien zij afhankelijk zijn van openbare diensten om toegang te krijgen tot basisbehoeften zoals gezondheidszorg, onderwijs en water.
Bovendien verergert het structurele aanpassingsbeleid van het IMF de armoede in arme landen door hen te dwingen de overheidsinvesteringen in sociale programma’s en infrastructuur te verminderen, wat hun economische ontwikkeling belemmert.
De IMF-strategie is gebaseerd op het voorstellen van de noodzaak van economische stabiliteit boven sociale rechtvaardigheid. Als gevolg hiervan zijn landen die afhankelijk zijn van IMF-programma’s vaak niet in staat om het welzijn van hun bevolking te verbeteren.
Dit verergert de armoedesituatie in de ontvangende landen nog verder zonder de onderliggende oorzaken van de problemen aan te pakken.
Een andere reden waarom IMF-programma’s in arme landen mislukken, is het gebrek aan transparantie en overleg met lokale overheden en burgers. In het kader van IMF-programma’s voeren landenpartners doorgaans het met het IMF overeengekomen economische beleid uit. Richtlijnen voor economische hervormingen, zoals liberalisering van de handel, houden doorgaans geen rekening met de lokale politiek of sociale structuur van het land, wat vaak resulteert in onjuiste uitvoering en onbevredigende resultaten.
Om de zaken nog erger te maken, is de werkwijze van het IMF doorgaans bureaucratisch en onverantwoordelijk, met besluitvorming achter gesloten deuren. De meningen en kwesties van lokale belanghebbenden, zoals armoedegroepen, worden vaak genegeerd, wat leidt tot ineffectief en ongepast economisch beleid.