Recentelijk was er in de Surinaamse pers een bericht dat er plannen waren ontwikkeld, om het destijds in de Surinamerivier nabij Paramaribo tot zinken gebracht Duits schip, de Goslar, te verwijderen. Bij deze plannen was de overheid ook formeel, in deze het ministerie van Openbare Werken, betrokken, bij een geplande openbare inschrijving.
mij was dat positief nieuws, omdat er tot nu toe grotendeels aparte inzichten van individuen waren gepresenteerd, met meermalen beperkte inzichten over het voortraject en de gevolgen van deze verwijdering, van het schip, dat meer dan tachtig jaren op de bodem en in de bodem van de rivier had gelegen. In een ingezonden artikel wees ik destijds op de gevolgen van de mogelijke verplaatsing van de stroomgeul, zowel ten goede als ten kwade. Er zijn namelijk bedrijven die dankzij de Goslar aldaar een functie in het waterverkeer hebben verkregen, zowel bovenstrooms als benedenstrooms ervan.
Mijn grootste zorg was dat door deze verwijdering, het grote verschil in vaardiepte van de rivier nabij Meerzorg, vergeleken met de vaardiepte bij Paramaribo, zou worden verkleind of zelfs opgeheven, waardoor schepen die slechts door de “diepe” vaargeul aan de zijde van Paramaribo voeren , niet meer zouden kunnen passeren. Dat kon dan ook niet aan de wel dieper geworden zijde van Meerzorg. Het nieuwe plan zal in elk geval moeten voorzien dat minimaal een van geulen diep genoeg zal zijn voor nog grotere vrachttransporten dan nu.
Het nieuwe plan stemde mij goed, omdat er enkele jaren geleden een ondernemer, wiens naam ik vergeten ben (mogelijk iets van Mahinder Monimekipersad of Moniesingh) zijn plannen in de pers had gepresenteerd. Na het lezen van die plannen was het duidelijk dat Moniesingh primair geïnteresseerd was in de opkoop en verkoop van het oud ijzer van het schip, en zeer beperkt in de historie, de vaarroutes en bevaarbaarheid.
Na het lezen van het recente rapport, waar de overheid achter staat, wist ik het zeker: De Goslar mag weg, moet weg, maar met wel een ruime bijdrage van materiaal aan het Scheepvaartmuseum. Moniesingh mag symbolisch van de Goslar springen.
Drs. Eddy Monsels