Gisteren werd Wereld Anti-Tabaksdag herdacht. Deze dag is zeer relevant als herdenkingsdag voor Suriname, omdat er nogal wat gerookt wordt in het land. De politie en de douane treden niet op en het lijkt alsof ze zelf medeplichtig zijn aan de verkoop van tabak waarvoor er geen accijnzen zijn betaald. Die zijn heel gemakkelijk in elke winkel te verkrijgen. Het is zelfs zo erg, dat er Nederlanders zijn die deze sigaretten bij sloffen kopen en deze dan verder smokkelen naar Nederland. Het wordt dan gewikkeld in kleren.
Suriname is partij bij het WHO Framework Convention on Tobacco Control (WHO FCTC). Suriname heeft inmiddels ook wetgeving aangenomen. Intussen schreven we vorig jaar, dat naar ons gevoel het publiek wel rekening houdt met de Tabakswet van 2007. Echter lezen we niet regelmatig dat er boetes zijn opgelegd voor overtreding van deze wet. Er zijn geen speciale ambtenaren die de overtreding van de Tabakswet in de gaten moeten houden. De politie kan het doen, maar die zal waarschijnlijk meer prioriteit geven aan de zware misdrijven en overtredingen. Daarnaast zouden de buitengewone agenten van politie van het BOG of de Milieupolitie ook verbaliserend kunnen optreden. Immers, het is Volksgezondheid die belast is met de uitvoering van de wet.
De Tabakswet heeft niet alleen verboden, maar ook instructies voor alle openbare plekken. Zo zijn er regels met betrekking tot aanplakbiljetten en posters met waarschuwingen en instructies voor bezoekers. Die controle moet in de openbare plekken ook plaatsvinden. De Tabakswet heeft veel artikelen die het promoten van roken direct of indirect moeten ontmoedigen. Deze bepalingen hebben te maken met reclame en sponsoring. De indruk is er wel, dat bedrijven en de burgerij zich daaraan houden.
Wat cruciaal voor Suriname is, is de vraag in welke mate de Tabakswet die nog een vrij jonge wet is, bijgedragen heeft aan het ultieme doel: het afnemen van tabaksgebruik in Suriname. In juli 2021 is het ministerie van Volksgezondheid met heel goede informatie gekomen over tabaksgebruik in Suriname. Daarvoor hebben we het ministerie vorig jaar gecomplimenteerd. Er is een FCTC 2030-project in Suriname gelanceerd in juli 2020. Het wordt gefinancierd door de regeringen van het Verenigd Koninkrijk, Noorwegen en Australië en wordt geleid door het WHO Conventiesecretariaat en ondersteund door de UNDP en PAHO/WHO. In juli 2021 is gesteld dat tabaksgebruik de inspanningen van de Surinaamse overheid in het streven de gezondheid te verbeteren en de economie te laten groeien belemmert. Dus er is nog sprake van verontrustend gebruik van tabak, de inspanningen van de regering hebben het gedrag van potentiële gebruikers en gebruikers niet kunnen beïnvloeden althans niet in voldoende mate.
De werking van de Tabakwet van 2013 is geëvalueerd. Een belangrijke bevinding is dat verbetering van de algehele handhaving van de Tabakswet noodzakelijk is. Dus overtredingen worden niet geconstateerd en boetes worden niet opgelegd. Studies en enquêtes over tabakscontrole voor het monitoren van tabaksgebruik en het preventiebeleid moesten nog gedaan worden. Verhoging van de accijnzen en de prijs van tabaksproducten is een aanbeveling die toen gedaan is. De situatie in Suriname is dat per jaar er 500 sterfgevallen zijn als gevolg van tabak gerelateerde ziekten. Dat komt ongeveer overeen met bijna 12 procent van alle sterfgevallen in het land. Ongeveer 17 procent van deze sterfgevallen is te wijten aan blootstelling aan passief roken (zogeheten ”secondhand smoke”). Er zijn goede cijfers geproduceerd over Suriname over de onkosten, de verliezen, de winsten en de voordelen van tabaksgebruik en anti tabaksmaatregelen. De cijfers geven aan dat het mogelijk en noodzakelijk is om maatregelen door te voeren. De hulp van de WHO moet goed gebruikt worden.
Het thema van de herdenking dit jaar is “Voedsel kweken, geen tabak”. De wereldwijde campagne van 2023 heeft tot doel het bewustzijn te vergroten over alternatieve gewasproductie en marketingmogelijkheden voor tabakstelers en om ze aan te moedige om duurzame, voedzame gewassen te telen. Het zal er ook op gericht zijn om de inspanningen van de tabaksindustrie bloot te leggen om pogingen om de tabaksteelt te vervangen door duurzame gewassen te verstoren, en zo bij te dragen aan de wereldwijde voedselcrisis. De groeiende voedselcrisis wordt veroorzaakt door conflicten en oorlogen, klimaatschokken en de economische en sociale gevolgen van de Covid-19-pandemie. Structurele oorzaken zoals de keuze van het gewas hebben ook een impact, en een blik op de tabaksteelt laat zien hoe het bijdraagt aan een grotere voedselonzekerheid.
Over de hele wereld wordt elk jaar ongeveer 3,5 miljoen hectare land omgebouwd voor tabaksteelt. Tabaksteelt draagt ook bij aan de ontbossing van 200.000 hectare per jaar. De tabaksteelt vergt veel hulpbronnen en vereist intensief gebruik van pesticiden en kunstmest, die bijdragen aan bodemdegradatie. Land dat wordt gebruikt voor het verbouwen van tabak heeft dan een lagere capaciteit voor het verbouwen van andere gewassen, zoals voedsel, aangezien tabak de bodemvruchtbaarheid aantast.
Vergeleken met andere landbouwactiviteiten, zoals maïsteelt en zelfs het laten grazen van vee, heeft de tabaksteelt een veel vernietigender effect op ecosystemen, aangezien tabakslandbouwgronden vatbaarder zijn voor woestijnvorming. Eventuele winsten die kunnen worden behaald met tabak als marktgewas, wegen mogelijk niet op tegen de schade die wordt toegebracht aan duurzame voedselproductie in lage- en middeninkomenslanden.
Tegen deze achtergrond is er dringend behoefte aan wettelijke maatregelen om de tabaksteelt terug te dringen en boeren te helpen over te stappen op de productie van alternatieve voedselgewassen. Suriname verbouwt geen tabak, maar consumeert veel illegale tabak, wat oogluikend door de politie en douane wordt toegestaan en ook Volksgezondheid. Op dat stuk moet er heel veel veranderen.