Het Assembleelid tevens voormalig vicepresident Ashwin Adhin (NDP) zegt, dat de Value Recovery Instrument (VRI), onderdeel van het principe akkoord met de internationale bondholders voor schuldherschikking, buiten de leningen bevoegdheid van de minister van Financiën ligt. Hij vindt daarom, dat het onlangs met de bondholders bereikte principe akkoord niet door kan gaan zonder dat het parlement daarover zich heeft uitgesproken. Het parlement dient bovendien ook in beeld te komen, omdat met de VRI men natuurlijke hulpbronnen van het land wenst aan te wenden. Dit valt ook nog buiten de reguliere handelingsbevoegdheid van Staatsolie.
Omdat het bereikte akkoord met de bondholders nu nog de status heeft van principe akkoord is het volgens Adhin zaak, dat het parlement zich daarover uitspreekt en daarin bijstellingen pleegt. De status van principe akkoord duurt tot 15 juni wanneer het bestuur van het Internationaal Monetair Fonds, IMF, mogelijk zijn goedkeuring zal hebben gegeven aan het onlangs bereikte staff level akkoord.
Tijdens de openbare vergadering van het parlement vorige week donderdag heeft Adhin opnieuw aangevoerd, dat het bereikte principe akkoord met de bondholders een nadelige is. Het komt het land volgens hem veel duurder uit, omdat vanaf 2027 tot 2050 jaarlijks USD 100 miljoen tot USD 151 miljoen aan rente en aflossingen zal moeten worden betaald. Het principe akkoord noemt de parlementariër een snode deal die in achterkamertjes is gesloten. De vraag is volgens hem wie de belanghebbenden zijn die de premies en fees zullen ontvangen. In ruil daarvoor suggereert hij, dat het vanuit die hoek druk wordt uitgeoefend om de deal met de bondholders te beklinken.
Tot nu toe heeft de regering elk debat rond het bereikte principe akkoord met de bondholders in het parlement kunnen vermijden tot groot ongenoegen van de oppositie. Het is slechts bij een mededeling daarover gebleven van minister Stanley Raghoebarsing van Financiën en Planning.
SS
