Inspecteur-generaal Alida Oppers van de Inspectie van het Onderwijs in Nederland vindt dat leerlingen op de middelbare school of MBO-studenten geen diploma meer moeten krijgen als ze een onvoldoende halen voor de Nederlandse taal. Ze noemt het ‘belangrijk om de normering van de examens opnieuw onder de loep te nemen’. Leerlingen die nu een 4,5 halen als eindcijfer voor Nederlands, slagen toch als er wel voldoendes op de eindlijst staan voor Engels en wiskunde. Volgens de Onderwijsinspectie had afgelopen schooljaar ongeveer 20 procent van de geslaagde HAVO- en VWO-leerlingen een onvoldoende voor het centraal examen Nederlands. Op het VMBO lag dat percentage tussen de 7 en 14 procent, afhankelijk van de leerrichting.
Vorige week bleek uit een rapport van de Onderwijsinspectie al dat in één jaar tijd 6.000 MBO’ers hun diploma haalden met een onvoldoende voor het centraal examen Nederlands. Daarmee worden ze tot ‘laaggeletterd’ gerekend. Dit is volgens Oppers heel erg zorgwekkend.
“Deze benadering scherper stellen in Suriname”
Marcellino Nerkust, president van de Federatie van Leerkrachten in Suriname (FOLS) tevens Nederlands docent, zegt desgevraagd in een reactie tegenover Dagblad Suriname, dat Suriname deze benadering – geen diploma bij onvoldoende Nederlands – scherper zou moeten stellen. “Je zal eerst naar het niveau moeten afdalen om alvast bij het behalen van een tentamen vast te stellen, dat het cijfer 6, het minimale is dat de student moet behalen. Dat cijfer 6 is net kantje boord. Een 5.5. is naar mijn opvatting meer geluk dan wijsheid. Het Surinaams Nederlands (SN) is een variant van het Nederlands. Het SN is onze officiële taal, heeft een hoge status, is de taal van het onderwijs, de wetgeving en het bestuur, de wetenschap, de literatuur en ook bij verschillende godsdiensten. Dus de taal heeft een maatschappelijke nutsfunctie”, zegt Nerkust.
Volgens Nerkust is het belangrijk om het Nederlands redelijk te beheersen in woord en schrift. “Een burger in de algemene ambtelijke dienst of die een functie bekleedt in de particuliere sector, moet eenvoudige beleidsstukken kunnen begrijpen, interpreteren, kunnen schrijven en ook een behoorlijke brief in het Nederlands kunnen schrijven/opstellen. Ook in het onderwijs moet er bij de leerkrachten tot uiting komen dat ze het SN redelijk beheersen, omdat het Nederlands de schooltaal is. De leerkracht moet het in woord en schrift redelijk beheersen. Mijns inziens moet je taalbeheersing redelijk tot goed zijn om mee te kunnen draaien in de maatschappij.”
Hebben kinderen in Suriname moeite met het beheersen van de Nederlandse taal?
Nerkust zegt hierop, dat het beheersen van het Nederlands iets makkelijker gaat bij sommige kinderen, omdat ze uit een milieu komen waar de ouders hoog geschoold zijn en er een leescultuur aanwezig is. “Deze kinderen hebben door hun betere omstandigheden een streepje voor. Het wordt van huis gestimuleerd. Bij kinderen uit een milieu waar er heel weinig wordt gelezen is het een ander verhaal. Dat ze het Nederlands niet beheersen is, omdat ze te weinig lezen. Hun omgeving strekt niet tot voorbeeld. Wel moet gelijk worden aangegeven, dat kinderen die niet uit zo’n milieu komen wel hun best doen om het Nederlands te beheersen, omdat ze uit zichzelf goed willen presteren op school.”
Omdat kinderen zich in hun thuismilieu en onderling zich bedienen van het Sranan wordt het SN minder gebruikt, zegt Nerkust. Hij stelt, dat de stijgende armoede in deze benadering meegenomen zal moeten worden. “In sommige huizen kom je niet eens een krant tegen. En wie kan er tegenwoordig een boek kopen? Alle prijzen zijn opgenomen in euro of US dollar en worden verkocht tegen de gangbare wisselkoers van die dag. Als je een paar centen hebt en je moet nog voeding kopen en voor transport betalen is de keuze waarvoor het geld zal worden uitgegeven, snel gemaakt.”
Hij geeft aan, dat er in sommige volksbuurten gelukkig nog buurtorganisaties en minibibliotheken zijn, die een uitleensysteem hebben van boeken om het lezen te blijven stimuleren bij kinderen uit minder draagkrachtige gezinnen. Eigenlijk zou een wetenschappelijk onderzoek met betrekking tot deze materie op zijn plaats zijn, stelt Nerkust.
Hoe kan de Nederlandse taal gestimuleerd worden?
Aan Nerkust is tot slot gevraagd hoe de Nederlandse taal gestimuleerd kan worden in Suriname. Hij antwoordt hierop, dat de jeugd en de jongvolwassen anno 2023 meer mogelijkheden hebben om hun tijd door te brengen om relevante artikelen of onderwerpen op te zoeken en te lezen. “Hun mobiel opent een hele wereld voor ze: je kan veel interessante artikelen opzoeken om te lezen. Docenten Nederlands en ook collega’s van de andere vakken op alle onderwijsniveaus, moeten de leerlingen/studenten motiveren om tenminste de nieuwssites te bezoeken om zich nationaal en internationaal te oriënteren. Leerlingen op de lagere school kunnen daarbij begeleid worden door ouderen in het gezin/familie. Daardoor verruim jij je woordenschat en dat biedt de mogelijkheid om je lees – en schrijfvaardigheid op te krikken.”
Kinderen die in hun omgeving merken dat hun ouders regelmatig een boek pakken om te lezen of onderwerpen waarover ze gelezen hebben met de kinderen willen bespreken, geven daardoor ook leesprikkels aan het kind, zegt Nerkust. “Bij een vraag van een kind of jongvolwassene: ‘van waar heb je het waarover je vertelt?’ geeft dan als antwoord: ‘ga het zelf lezen, ik zal je wel vertellen waar je het artikel kunt vinden.’ Als er een bibliotheek bij je in de buurt is en het is op loopafstand van je huis; ga ernaartoe en laat je informeren en als je ouders het kunnen opbrengen, schrijf je in. Er moet gewoon meer gelezen worden!”, aldus Nerkust.
SK