Kiesstelsel 6 – Commentaar op Eindverslag van

de Studiegroep Aanpassing Kiesregeling 21 maart 2023 – Deel 2

Het voorstel van de studiegroep en het vonnis van het Constitutioneel Hof

Werkt positieve discriminatie?

In de Verenigde Staten bijvoorbeeld door verlaging van de drempel voor toelating tot universiteiten, dankzij affirmative action, hebben veel meer studenten van Afro afkomst en van latino afkomst toegang  tot een universitaire studie. In de praktijk van het werk verliezen zij van de blanke en Aziatische studenten met als gevolg dat hun positie op de inkomensladder in de lagere regionen blijft. Positieve discriminatie kan namelijk klassenverschillen niet helemaal weg maken. Aziatische studenten komen uit samenlevingen waar pressure cooker omstandigheden heersen. En je kunt de evolutie niet inhalen.

Nu heeft zeer recent het Amerikaanse hooggerechtshof beslist dat universiteiten voor toelating van minderheden geen affirmative action mogen toepassen. Een definitieve beslissing over affirmative action staat op het programma voor later dit jaar. Een economie functioneert goed wanneer de beste talenten de gelegenheid krijgen om zich te ontplooien. In de informaticasector werken veel mensen van Indiase afkomst. Hun kinderen (die zijn Amerikaanse staatsburgers geworden) kregen met een rapport met hoge cijfers geen toegang tot universiteiten. Op een gegeven moment wordt de afweging gemaakt tussen diversiteit en economische ontwikkeling en de laatste wint het want zonder ontwikkeling zijn de mogelijkheden voor werk gelegenheid minder.

Affirmative action wordt toegepast in landen als Nieuw-Zeeland Australië India en Canada. In de Verenigde Staten van Amerika zijn de minderheden zoals de Afro Amerikanen en de latino’s heel groot. Californië de grootste staat van de Verenigde Staten van Amerika is bijvoorbeeld grotendeels bruin gekleurd. In Australië en Canada zijn de minderheden klein, minder dan 2-3% van de bevolking en ze verstoren daardoor niet de stabiliteit in de gemeenschap. Het karakter van de minderheid telt dus ook. Is  een minderheid zo groot dat ze de beschavingsgrondslagen van de samenleving kunnen aantasten dan ontstaat er een constante frictie met de heersende beschaving. De Maori’s (17% van de bevolking) in Nieuw-Zeeland zijn een grote minderheid. Ze genieten wettelijk een speciale behandeling. Echter lopen ze in welzijn en welvaart achter bij de blanke bevolking. En dat heeft alles te maken met het feit dat tribalen moeite hebben om zich qua waarden, normen, gedrag en mentaliteit volledig aan te passen aan de westerse beschaving. De Afro gemeenschap in de Verenigde Staten van Amerika is een ander voorbeeld. 

De bevoorrechting van het creools deel van de bevolking heeft historische wortels. Uit Sedney (1997): “De keuze viel tenslotte op het personenmeerderheidsstelsel met het land verdeeld in negen kieskringen. Paramaribo kreeg 10 van de 21 zetels toegewezen, Para, Coronie, Marowijne elk 1 zetel, samen dus 13 gegarandeerde Creoolse zetels. De overige 8 zetels waren voor de districten Saramacca, Nickerie, Commewijne en

Suriname. Elk van deze districten kreeg 2 zetels toegewezen. Vijfenzestig procent van de zetels voor veertig procent van de stemmen en dan nog etnisch geconcentreerd.”

De grootte van de minderheden telt bij het maken van beleid. In Suriname is echter iedereen een minderheid. 

Decentralisatie en positieve discriminatie zijn niet het antwoord op het corrigeren van de sociaal maatschappelijke positie van districten. Wij hebben in de negentiger jaren van de vorige eeuw een door de Inter American Development Bank gefinancierd miljoenen Amerikaanse dollars kostende decentralisatieproject uitgevoerd. Het kantoor van de projectleider Bas Ahmedali was bij hem thuis aan de Anton Dragtenweg en de consultants waren allemaal airco kamer consultants van een politieke partij. Het was een family en friends aangelegenheid. Is de achterstelling van de districten opgeheven door dit project? Decentralisatie is een catchphrase, een gevleugeld woord,  geworden voor de Surinaamse politici die geen verstand hebben van hoe sociaaleconomische ontwikkeling tot stand te brengen. Decentralisatie zou wonderen verrichten, er is hoegenaamd geen enkel wonder verricht. Het district wat het meest bevoordeeld is geworden, Coronie, is qua ontwikkeling achter gebleven bij Commewijne Saramacca  Nickerie en Wanica.

Op basis van de bevoordeling zou Coronie het meest ontwikkeld moeten zijn. Dat is het niet omdat de onderontwikkeling van Coronie en van Para en van Brokopondo en van Marowijne en van Sipaliwini een etnische basis heeft. Een evolutionaire achterstand is de oorzaak. Positieve discriminatie helpt dan niet om de sociaal economische ontwikkeling op het peil van de andere districten te brengen. Afrikanen waren 300.000 jaar lang de enige mensen op aarde, hoe komt het dat men achter is geraakt. Men is niet achtergesteld maar men is achter geraakt.

Suriname is te klein voor decentralisatie wie verstand heeft van management weet dat.

De achterstelling van de districten kan alleen opgeheven worden door een gericht ontwikkelingsbeleid welke sinds 1975 ontbroken heeft. Wie gewerkt heeft in de districten, ik heb in alle districten gewerkt, die heeft ervaren dat door de uitvoering van ontwikkelingsprojecten als het Brokopondo plan, de opzet van de aluinaarde industrie,  de investeringen in de oliepalmsector

, et cetera, dat mensen die voorheen roofbouwers waren, dat die een acculturatieproces ondergingen en kennis maakten met technologie, geschoolde arbeid, arbeidsethiek, discipline, en management en organisatie. Opleidingen waren een integraal onderdeel van deze investeringen. Het antwoord zit dus in het voeren van een gericht ontwikkelingsbeleid.

Waarom moeten districten met alle geweld een vertegenwoordiging hebben in de Nationale Assemblee.

Waarom met alle geweld districten een vaste zetel moeten hebben is duidelijk. Het past in de ideologie van het creools nationalisme om ten koste van alles regeer macht te verwerven. De bedenker van dit onzindelijk systeem, het huidige kiesstelsel, heeft voor de gang naar de verkiezingen dus voor 1987, districtsgrenzen gewijzigd en nieuwe districten gecreëerd. Alle districten met voornamelijk inwoners van Aziatische afkomst werden kleiner gemaakt. Het district Suriname verdween. De grenzen van het district Wanica hebben een zeer grillig verloop. Alle districten met voornamelijk inwoners van Afrikaanse afkomst werden groter gemaakt. Zo werd Coronie even groot als Nickerie terwijl op basis van argumenten van beheersbaarheid, bestuurbaarheid en sociaaleconomische planning en uitvoering het district Coronie eigenlijk ondergebracht moest worden bij Nickerie. Sipaliwini is wanstaltig groot en voldoet aan geen enkel criterium van beheersbaarheid, bestuurbaarheid en sociaaleconomische planning en uitvoering.

Dus het geven van zetels aan districten, niet op basis van evenredigheid tussen de districten, heeft alleen maar tot doel bevoorrechting van de districten, en omdat er meer districten zijn gemaakt met inwoners van  Afro origine heeft men daardoor een voordeel van zeker twee tot drie zetels.

Ook de overgang van personendemocratie naar partijendemocratie in 1987 heeft bijgedragen aan de vorming van een elite kartel democratie in Suriname. 

Suriname is onafhankelijk geworden met een zetel verschil. Het district wat het meest bevoordeeld is geworden, Coronie, is qua ontwikkeling achter gebleven bij Commewijne Saramacca  Nickerie en Wanica.

De Nationale Assemblee is geen district parlement maar een nationaal parlement. Alle parlementsleden zijn nationale parlementsleden en geen district parlementsleden. Afgevaardigden in de Nationale Assemblee moeten in staat zijn om op staatsniveau te kunnen argumenteren, te kunnen beoordelen, en te kunnen oordelen over relevante sociaal maatschappelijke ontwikkelingen. Het kader daarvoor is niet aanwezig in alle districten.

We hebben intussen 35 jaar ervaring met dit systeem en het heeft Suriname compleet vernietigd.

(Deel I verscheen zaterdag 13 mei)

Richard B Kalloe

error: Kopiëren mag niet!