De schuld van Suriname bij de zogeheten Oppenheimer bondholders is per ultimo december 2022 opgelopen tot een bedrag van USD 818 miljoen, inclusief achterstallige rente en aflossingsbetalingen van USD 230 miljoen. Dezer dagen is bekend geworden, dat de Surinaamse regering en de bondholders op het punt staan overeenstemming te bereiken over de herschikking van deze schulden.
Suriname heeft via Oppenheimer op de internationale kapitaalmarkt twee schuldinstrumenten lopen, te weten een Eurobond van USD 550 miljoen die in 2016 tegen een looptijd van 10 jaar en een rentevoet van 9,25% is aangegaan, en een Eurobond ter waarde van USD 125 miljoen die in 2019 tegen een looptijd van 4 jaar en een rentevoet van 9,575% is aangegaan.
De Eurobond van USD 550 miljoen loopt in 2026 af, en de Eurobond van USD 125 miljoen loopt in november van dit jaar af. Dit betekent in feite dat Suriname in november de Eurobond van USD 125 miljoen met achterstallige rente zal moeten uitbetalen aan de bondholders. Dat Suriname hiertoe niet in staat zal zijn is reeds geruime tijd duidelijk. Het nieuws dat partijen dichtbij het punt zijn overeenstemming te bereiken voor een schuldherschikking is derhalve tegen deze achtergrond bezien zeer positief te noemen.
Uitstel van betaling
Toen de overheid in 2020 niet in staat was de tweede rentebetalingen af te dragen, heeft zij op 13 november 2020 het verzoek ingediend bij de obligatiehouders voor uitstel van betalingen. Op 5 december 2020 heeft meer dan 75 procent van de obligatiebeleggers hiermee ingestemd.
Vanaf die periode is de regering bezig met het voeren van onderhandelingen voor herstructurering van de schuld. Partijen waren het eens met elkaar om beide obligatieleningen samen te voegen tot een instrument, en daarover te onderhandelen voor een herschikking. Tijdens de onderhandelingen, waarbij de regering zich laat bijstaan door het Franse bureau Lazard, heeft Suriname in eerste aanleg om een korting van 70% van de uitstaande schulden gevraagd. Die werd gelijk door de bondholders van de tafel geveegd. Bij de laatste onderhandelingsronde met de obligatiehouders in juli vorig jaar in Paramaribo, zijn partijen dichter bij elkaar gekomen, maar tot een overeenstemming is het niet gekomen.
Het Bureau voor de Staatsschuld heeft in haar rapport over het derde kwartaal 2022, gepubliceerd op 13 september 2022, de positie van partijen bij de onderhandelingen toen tegenover elkaar gelegd. Bijgaande tabel geeft een overzicht van de posities van partijen bij de laatste onderhandelingsronde in juli vorig jaar.
SS