Een groep oudere burgers heeft in een schrijven aan de voorzitter van de Nationale Assemblee, Marinus Bee, hun ongenoegen uitgesproken over het uitblijven van de beloofde maandelijkse SRD 1.800. Dit is ook kenbaar gemaakt aan president Chandrikapersad Santokhi, alsmede aan alle fractieleiders in de Assemblee.
Sinds afgelopen jaar wordt er al over gesproken, in december om precies te zijn. In februari hadden mensen zich geregistreerd om in aanmerking te komen voor de beloofde financiële tegemoetkoming van SRD 1.800, met terugwerkende kracht naar januari 2023. “De screening zou eind maart beginnen, maar tot op heden hebben we nog geen concreet bericht ontvangen”, aldus de groep oudere burgers.
In hun schrijven hebben ze aangedrongen op een menswaardige behandeling, zoals ook in door Suriname geratificeerde internationale verdragen is aangegeven. Ze willen niet voorgelogen of aan het lijntje gehouden worden en eisen daarom de beloofde financiële tegemoetkoming.
Een groot deel van het volk, met name de senioren burgers en andere groepen die financiële bijstand ontvangen, komen daarmee allang niet meer uit. Vele senioren die hun werkzame periode achter de rug hebben, kunnen waarvoor ze hard hebben gewerkt, zoals hun woning en vervoer niet meer onderhouden en ervan genieten. Men moet leven van ongeveer SRD 2.000 per maand en sommige mensen moeten het alleen doen met SRD 1.250.
Een oudere vrouw gaf als voorbeeld. dat ze naar de winkel ging en voor vier, vijf spullen, waaronder een flesje stroop, een pakje poedermelk, een pakje worst en nog iets kleins, 250 SRD betaalde. Ze gaf aan dat ze het moet doen met 2.000 SRD per maand.
De groep vraagt om de beloofde financiële tegemoetkoming. Ze laten hun stem horen en hopen niet dat ze nog eens moeten protesteren tegen wat ze noemen het onfatsoenlijk gedrag van de regering naar de seniore burgers toe.