Advocaat tevens politicus Antoon Karg geeft zijn mening over het belang van financiele stabiliteit in het land. Voor hem is de basis daarvoor vertrouwen. Dagblad Suriname had een Q & A gesprek met hem. Hieronder volgen zijn antwoorden op vragen die hem werden voorgehouden.
1. Wat is het belang van financiële stabiliteit?
Het belang van financiële stabiliteit zijn planning en groei, voor zowel gewone burgers als voor ondernemers, de motor van de economie. Het stelt je in staat je inspanningen en risico’s af te wegen een planning te maken en redelijkerwijs vooruit te komen.
2. Hoe kan de staat komen tot een stabiele munt?
De basis voor een stabiele munt is vertrouwen. Vertrouwen komt (en blijft) op verschillende manieren tot stand. Cijfers die in balans zijn, leiderschap waar men achter staat of groot enthousiasme voor een bepaalde denkwijze of een bepaald idee van de richting waar de staat heen geleid wordt.
In de bijzondere situatie van Suriname, waar de Staat een grote werkgever is, een grote klant is, een grote aandeelhouder van veel bedrijven is die niet direct of niet alleen overheidstaken uitvoeren, is ook het betaal en ontvangst gedrag van de staat erg belangrijk. Als de staat zelf al haar diensten in de eigen munt laat afrekenen en vrij prompt ook de eigen rekening voldoet, geeft zij en een positieve impuls en een signaal van vertrouwen en een goed voorbeeld.
Daarnaast, door zich qua uitgaven te houden aan wat begroot wordt, op lange termijn in de Meerjaren Ontwikkelingsplannen, daarna in de jaarlijkse begroting en tot slot in de realisatie. Wij zijn nu in goede jaren op ongeveer een vijfde tot een kwart. Dus er is daar een behoorlijke inhaalslag te maken.
3. Wat zijn de voordelen van financiële stabiliteit?
De voordelen van financiële stabiliteit zijn voorspelbaarheid voor investeerders, de mogelijkheid goede werkkrachten vast te houden en dus duurzaam organisaties te ontwikkelen en de aantrekking van buitenlandse zakenpartners en kapitaal, wat meer banen en meer export mogelijkheden voor Suriname brengt.
4. Wat kan de regering doen om financiële stabiliteit te bereiken?
De regering kan de focus verleggen van grote sprongen vooruit, naar kleine, maar strenge stappen thuis. Beter betaalgedrag, uitgaven meer gebaseerd op werkelijk en concurrent leveren en wat de burger ervoor terugziet. Daarnaast en meest urgent, de grote organisaties waar zij zelf zeggenschap heeft, op tijd cijfers bekend laten maken binnen de wettelijke termijnen.
Een belangrijke stap is richting kiezen in waar men denkt dat de ontwikkeling vandaan kan komen als sector, en die sectoren toegankelijk, makkelijk en voordelig maken om te ondernemen. Dat kan door bijvoorbeeld vrijstellingen, het vergemakkelijken van het vergunningenproces en de introductie aan internationale partners o.a. via de diplomatieke missies in het buitenland.
5. Welke maatregelen worden genomen om een financiële crisis te voorkomen en de stabiliteit te waarborgen?
De belangrijkste maatregelen die volgens officiële berichten genomen zijn, zijn een hoofdzaak maken van tijdig betalen van salarissen, introductie van BTW en de zogenaamde Open Market Operations.
De salarissen zouden vanwege de vele afhankelijke gezinnen, rechtstreeks naast de ingekochte arbeid, vooral een sociaal karakter hebben om geld in vele huishoudens binnen te doen stromen. BTW zou het koopgedrag moeten sturen en ongeveer SRD 80 miljoen aan extra opbrengsten in het eerste jaar moeten opleveren. De Open Market Operaties, zouden de financiële instellingen hun balans moeten versterken en ervoor moeten zorgen dat onnodige SRD’s afgeroomd werden, terwijl de hoge renten, ruimte zouden moeten bieden om investeringen, kredieten voor producenten en voor starters op de woningmarkt, toegankelijk te houden en de economie te stimuleren. Deze maatregelen hebben een behoorlijk deel van de energie en de middelen van de Staat de afgelopen maanden opgeeist.
6. Wat doet de regering nu NIET goed.
A. Tone at the top:
De instituten met toezicht belast worden niet voorzien van wat zij nodig hebben aan mankracht, bemensing van hun interne toezicht en de invulling en verzoeken in hun richting, kennen nog te veel partij politieke inmenging. Daardoor rapporteren zij zelf nog niet conform de wet, zijn zij overbelast en wordt toezicht erg moeilijk en is vertrouwen erg beperkt.
B. Verouderde en onuitvoerbare plannen
Het wederopbouwplan van de VHP is nog steeds de leidraad van hoe de regering de crisis denkt op te lossen. Niet alleen zijn in de eerste twee jaren (fase 1) de doelstellingen van USD 120 miljoen privaat kapitaal gemist, de tweede drie jaren (fase 3) zullen geen USD 470 miljoen aan privaat kapitaal behaald zien worden. Dit is een gat van USD 600 miljoen, dat nog steeds als de oplossing gepresenteerd wordt. IMF heeft niet USD 600 miljoen aan balanssteun gegeven, maar minder dan een vijfde daarvan. De regering rekent zich dus in planning en presentatie bijna USD 900 miljoen te rijk en heeft geen alternatief daarvoor besproken. Tenzij toen de vicepresident de verkoop van olievoorraden of -aanspraken ter sprake bracht, zonder becijfering of methode. Maar de problemen op dit moment, worden dus actief kleiner gebracht, dan die financieel zijn.
C. Willekeur in betalingen
De leidraad van wie wanneer betaald wordt, is onbekend. Er wordt niet duidelijk verteld of oudste schulden eerst volgen, schulden uit een bepaalde sector de voorrang hebben, wie wel of niet mag verrekenen waarmee of hoe Surinaamse bedrijven of buitenlandse bedrijven ingedeeld worden. Hierdoor wordt in de praktijk de grootste druk als eerst voldaan (meestal in geval van beslagleggingen of dreigende executies), worden hoge boetes en rentes soms voldaan in plaats van betalingen voor zorg en andere noodzakelijke zaken en wordt toch verkapt subsidie verstrekt voor minder noodzakelijke onderdelen. De Staat kan streven bekend maken voor richtbedragen, richt momenten, kavels van aflossingen van een soort of branche ineens en met groepen aan crediteuren onderhandelen over haalbare voorwaarden. Het ad hoc betaalgedrag laat ruimte voor willekeur, corruptie en verder wantrouwen.
D. Geldschepping
Via instrumenten die oorspronkelijk anders bedoeld waren, manipuleert de Staat actief nog steeds geldhoeveelheden, betaalmomenten in SRD en andere drukpunten op de staatsfinanciën en economie, met een ander belang dan stabiliteit.