Niet alleen ouders hebben het moeilijk met de zorg. Eenn paar oppashoudsters geven tijdens een gesprek met een redactrice van Dagblad Suriname aan, dat het ook niet zo makkelijk is voor hen.
Melani, een oppashoudster, zegt dat zij het maandelijks redt, maar wel heel wat moet doen om het te redden. “Door de aanpassing van de prijzen kunnen niet alle ouders meer contant betalen. Om de ouders tegemoet te komen heb ik besloten de ouders in termijnen te laten betalen, maar aan het eind leid ik toch eronder”, zegt Melani.
“Door de late betaling kom ik financieel ook een beetje achter. Door enkele donateurs kom ik wel uit, als oppashoudster ga je een backup plan moeten hebben. Je gaat het niet alleen kunnen doen en je hebt goede ondersteuning nodig, voor kwalitatief materiaal en andere dingen voor de oppas. Dankzij wat donateurs kunnen de kinderen toch genieten en de tantes ook op tijd betaald worden. Er is al vanaf de start een backup om enkele moeilijke periodes te overbruggen. Maar, aan het eind blijft het niet lang.”
“Als oppashoudster is het mijn taak, dat ik de kinderen die bij mij zijn voorzie van voeding, warme maaltijd, vruchten en enkele nodige dingen voor de school of zorg. Groenten kopen deed ik ook vaak, maar om het nu toch te realiseren dat de kinderen gezond eten plant ik nu zelf. Ik heb in elke maand sommige activiteiten en vorig jaar was planten een van ze. Door inzet en ook met behulp van de ouders hebben de kinderen, enkel tantes van de oppas zelf en ik gepland om ellende te voorkomen. Aan het eind genieten wij allen van het eindresultaat van het harde werk.”
“Ik ben niet iemand die zit en geen oplossing berekent. Ik sta op en probeer er wat van te maken. Ondanks de moeilijke tijden proberen de tantes en ik het te redden en de kinderen de volledige aandacht, educatie en tools te geven. Ik heb het moeilijk, maar de kinderen hoeven dat niet te merken. Zij verdienen aan het eind ook het beste gedurende periode dat zij bij mij zijn”, aldus de oppashoudster.
“Niet iedereen vertrouwt zijn kind bij een oppas”
Een andere oppashoudster zegt, dat zij het ook moeilijk heeft. “Kijk, niet een ieder vertrouwt zijn kind bij een oppas. Er zijn een aantal dingen waar men rekening mee moet houden voordat men een oppashoudster aantrekt. Ten eerste is het belangrijk dat de oppashoudster geschikt is voor het werk. Zij moet de juiste kwalificaties en ervaring hebben om de kinderen te verzorgen. Daarnaast is het belangrijk om naar de persoonlijkheid van de oppashoudster te kijken, of hij of zij een goed karakter heeft en in staat is om met kinderen om te gaan. En dat alleen is een heel proces en als de ouder daar doorheen is gegaan dan kan jij als oppashoudster de ouder niet in de steek laten vooral niet in de moeilijke tijden. Bij mij gaat het om het materiaal, financieel. Hebben de ouders en ik samen gespaard voor moeilijke tijden”, zegt de oppashoudster.
“Ik zag sommige dingen al aan komen en had enkele jaren terug al besloten een spaarpot te zetten waarin ouders vrijwillig iets zetten in geval er iets tussenkomt of voor leuke activiteiten. De ouder hoeft dan geen bijdrage te leveren bij de activiteiten of niets te doen, alles komt uit de vrijwillige spaarpot. Het gaat bij mij om het materiaal nu voor de kinderen, dat nu heel moeilijk te vinden is.”
“Een oppashoudster heeft een belangrijke taak: het bewaken van de veiligheid en het welzijn van de kinderen onder hun toezicht en verzorging. Wij zijn verantwoordelijk voor het bieden van een liefdevolle, veilige en stimulerende omgeving waarin kinderen kunnen spelen, leren en groeien. Daarnaast zijn wij verantwoordelijk voor het toezicht en het bewaken van de kinderen terwijl ze spelen, leren en leven in hun verzorging. Maar materiaal speelt een rol, ik had mijn contacten, maar die hebben het nu ook moeilijk. Ik heb intussen wel vier donateurs gevonden en hoop zo snel mogelijk dat het gaat lukken”, zegt de oppashoudster.
“Hopelijk komt het eind maart in orde, dus een backup moet een oppashoudster altijd hebben. Het is heel handig als wij mensen elkaar helpen en ondersteunen, zo komen wij samen vooruit.”
TM
