Erling Haaland maakt in zijn eerste Premier League-seizoen zeker de hoge verwachtingen waar van de nieuwe aanvaller van Manchester City. Met 26 doelpunten in slechts 24 wedstrijden lijkt de 22-jarige Noorse international niet te stoppen.
Als we echter naar de xG-metriek of ‘verwachte doelen’ kijken, kunnen we zien dat hij niet alleen aan de verwachtingen voldoet: statistisch gezien overtreft hij ze in ieder geval. Volgens de maatstaf, die de kans berekent dat een doelpunt wordt gescoord vanuit een positie en situatie waarin een speler zich bevindt, zou Haaland nu 18 doelpunten moeten hebben gemaakt – een aantal dat al indrukwekkend genoeg zou zijn geweest.
Met een verschil tussen zijn xG en zijn gescoorde doelpunten van 7,6, is dat hem verreweg de meest klinische uitblinker in de competitie dit seizoen. Niet ver achter hem, die een revival beleeft na het WK, is Marcus Rashford van Manchester United. Zijn 14 doelpunten komen overeen met een xG van slechts 9,7.
Aan de andere kant van de schaal heeft een andere Premier League-debutant, Liverpool’s Darwin Núñez, het veel moeilijker om aan de verwachtingen te voldoen – zowel van de fans als van de xG-metriek. Met 9,1 verwachte doelpunten wist de Uruguayaan zich slechts zes keer te bekeren. Het kan echter erger. Leeds-spits Patrick Bamford, die 17 doelpunten scoorde in zijn eerste Premier League-seizoen voor de club, heeft een xG van 5,2, maar heeft slechts één doelpunt op zijn naam staan in deze fase van de campagne.