ABOS voorstander van internationale en openbare dialoog

In het kader van de nationale dialoog van president Chandrikapersad Santokhi, is er voor Martin Atencio, voorzitter van de Algemene Belangen Organisatie Suriname (ABOS), een fase bereikt voor het voeren van gesprekken op internationaal niveau. “Wij hebben met regeringen en nu met deze regering ervaren dat een nationale dialoog in een kleine kamer, net als petities, nooit heeft geholpen. En nu hebben zich ergere zaken afgespeeld.”

Over een nationale dialoog zegt Atencio: “Dat er dan weer een commissie ingesteld wordt en met vertegenwoordigers praten helpt ook niet.” Hieraan voegt hij toe, dat niet duidelijk is wat de inhoud van de nationale dialoog omvat. “Dat zien wij niet, en wij hebben ervaren met vertegenwoordigers te praten, toen wij opkwamen voor de domeingrond problematiek.”

Atencio deelt mee, dat Suriname internationale verdragen heeft getekend en dat hij daarom als uitweg een internationale dialoog ziet. “Het is tijd om met die organisaties in gesprek te gaan.” Bovendien is hij verder voorstander van het aanwezig laten zijn van alle politieke partijen. “Laten wij alle politieke partijen bij elkaar hebben samen met de media en niet in een kleine kamer, maar in het openbaar, zodat het volk live al onze standpunten en eisen kan horen.” 

De voorzitter van de ABOS wijst erop dat op die manier het volk dan zelf direct kan vernemen van de regering wat er aan oplossingen zal worden aangedragen.

Termijn

Verder heeft Atencio de toevoeging, dat er ook een tijdsfactor moet worden verbonden aan de dialoog. “Want praten is goed, maar het moet duidelijk zijn binnen welke termijn er oplossingen zullen zijn.” Atencio verwijst naar de eerste 200 dagen van de regering. “Maar, dan is het nu geen tweehonderd dagen meer, maar een maand.”  Dat er reeds met andere organisaties gesprekken zijn brengt Atencio niet uit zijn evenwicht. “Er zijn ook parlementariërs die in goed contact staan met de regering die naar buurten gaan, maar dat is al eerder gedaan.” Om deze reden, onder andere, is Atencio voorstander van dialoog, maar dan in het openbaar.

Volk

“Wij komen op voor de belangen van het volk, wij zijn de stem van het volk en wij draaien er niet om heen, wij hebben onze eisen, want het volk bepaalt.” 

Atencio noemt transparantie en duidelijkheid van bestuur als enkele zaken die van belang zijn, naast wederzijds respect. Aansluitend op dit laatste refereert hij opnieuw naar de internationale verdragen. “En daarom moet er op dat punt geen moeite mee zijn. ABOS is van het volk en wij praten met andere actoren hoe wij samen met anderen kunnen bundelen om dit voor elkaar te krijgen. Wij zullen uitnodigingen sturen naar de organisaties, waaronder de OAS (Organisatie van Amerikaanse Staten), en wij sluiten geen politieke partijen uit, noch de buitenparlementaire en ook niet de parlementaire partijen. Zij moeten erbij zijn om getuige te zijn van onze eisen.” 

Atencio somt enkele zaken op die van groot belang zijn voor het volk zoals de prijzen in de winkels en de koers. “Er moeten spijkers met  koppen worden geslagen”, verzekert hij.

Signaal

Het is voor hem daarom ook zeer van belang, dat het signaal van het volk op 17 februari serieus moet worden genomen, doelend op de protesteerders met goede bedoelingen. “Al moeten wij binnenkort op straat slapen, dan gaan wij op straat slapen, want als de ABOS komt dan is het niet een dagje op straat, maar wij gaan dan op straat blijven slapen totdat er een oplossing komt.”

Oplossing

Dat er soms te horen is, dat protesteerders met een oplossing moeten komen wuift Atencio weg. “Als men vindt dat protesteerders geen oplossing hebben, dan vinden wij dat zij verder moeten nadenken. Want de regering betaalt beleidsadviseurs voor goed beleid. Het is niet het doorsnee volk dat met oplossingen moet komen en al komt het volk met oplossingen, het wordt niet overgenomen, want ABOS heeft ook vaak geprotesteerd en kwam met oplossingsmodellen.” Atencio zegt hierover dat de oplossingsmodellen aan de kant werden geschoven.

RB  

error: Kopiëren mag niet!