Op 25 februari zal een groepje burgers, het stuitende ritueel van verheerlijking van gewelddadige “staatsgreperij” herhalen. Op 25 februari 1980 schonden 16 muitende militairen met een gewelddadige staatsgreep op ernstige wijze de Grondwet, welke in 1975 unaniem door de Volksvertegenwoordiging was aangenomen.
De Stichting 8 december 1982 stelt vast, dat het schenden van de Grondwet en het gebruik van geweld om politieke doelen te bereiken, onaanvaardbaar is!
Twee militairen, twee politiemannen en een burger werden onder andere daarbij doodgeschoten.
Het is een verontrustend feit dat militaire boten en wapens, zoals de S401 en S402 boten en Uzi’s, werden gebruikt om politiebureaus en burgers aan te vallen en moorden te plegen. Dit was onmiskenbaar een voorbeeld van hoe machtsmisbruik kan leiden tot verwoesting en verlies van levens. Het is belangrijk dat deze gebeurtenissen worden onderzocht en veroordeeld om te zorgen voor verantwoording en rechtvaardigheid, en om te waarborgen dat zulke gebeurtenissen in de toekomst niet opnieuw plaatsvinden. Het geweld en de dodelijke slachtoffers zijn zeker voor getroffenen en hun nabestaanden een grote tragiek.
Het is ook belangrijk om in het bijzonder de dienstdoende militairen en politieman te herdenken vanwege het offer dat deze mensen hebben gebracht bij het uitoefenen van hun plicht om de grondwet te beschermen.
Eén van de eerste slachtoffers van het geweld tegen de republiek Suriname dat op die dag gepleegd werd was de 23-jarige agent Mohammed Ramdjan Soeltan, die dodelijk getroffen werd in het VW-busje waarin hij zat op weg opdrachten uit te voeren voor handhaving van de openbare orde. Eerder op die dag werden de moedige militairen de, wachtcommandant, luitenant Van Aalst, en de sergeant-majoor Comvalius die tijdens een schotenwisseling bij de overname van een munitiebunker om het leven werd gebracht. Ook de agent Mohammed Ramdjan die door kogels doorzeefd werd, en de burger Joseph Bacchus een Guyanese arbeider vonden de dood.
Het is belangrijk vast te stellen dat de Staatsgreep een contra-constitutioneel misdrijf is geweest en dat sinds die dag de ernstigste mensenrechtenschendingen hebben plaatsgevonden sinds de geboorte van onze republiek.
We brengen in herinnering zonder te pretenderen volledig te zijn, dat op 25 februari 1980 het hoofdkwartier van de politie, het ultieme symbool van recht en orde, in brand werd geschoten, op 8 december 1982 zijn advocaten, journalisten, academici en ondernemers vermoord. De binnenlandse strijd die op 22 juli 1986 begon met de overval op de militaire controlepost te Stolkertsijver door het Jungle commando, met als dieptepunt in onze Surinaamse historie de “slachting van Moiwana waar ten minste 39 mensen vermoord werden door het Surinaams nationaal leger.
In 1990 werd de inspecteur van Politie Herman Gooding vermoord nadat hij de militaire brigade op het Fort Zeelandia complex verliet en zijn lijk aan de waterkant werd gevonden. Hij was bezig mensenrechten schendingen van Moiwana te onderzoeken. Er zijn meerdere pilaren van de rechtsstaat in de periode toen ondermijn en zelfs openlijk werden bedreigd. Recent werden we wederom geconfronteerd met een aanslag op het gerechtsgebouw aan de Wulfinghstraat en De Nationale Assemblee. Er is sprake van een 43 jarige systematische aanval op de rechtsstaat. Allemaal uit de hoek van “haters van democratie en rechtsstaat”.
Ingrijpend
De geschiedenis van Suriname na de bloedige staatsgreep op 25 februari 1980 is ingrijpend geweest en heeft veel negatieve gevolgen gehad voor het land en haar bevolking. De economische achteruitgang, het verlies van werkgelegenheid en de vernietiging van onderwijs zijn voorbeelden van de problemen die de bevolking heeft ondervonden na de staatsgreep. Ook de beperkingen van de vrijheid en het samenscholingsverbod waren ingrijpende veranderingen voor de bevolking. Het is triest om te zien hoe mensen die bereid waren om aan de zogenaamde revolutie mee te werken, ook slachtoffer werden van de meedogenloosheid van de leiders van de staatsgreep.
Het is belangrijk om te benadrukken dat een aanval op de rechtsstaat en democratie altijd onacceptabel is, ongeacht de motivatie achter deze aanval. De bescherming van de rechtsstaat en democratie moet altijd het hoogste goed zijn, zodat iedereen zich veilig en vrij kan voelen en de rechten en vrijheden van burgers worden gerespecteerd. Aanvallen op deze waarden en instituties kunnen niet worden getolereerd en moeten altijd worden bestreden.
Stichting 8 december 1982
Sunil Oemrawsingh