De EBS-Tarievencommissie die op 21 oktober door president Chandrikapersad Santokhi is ingesteld met als taak om advies uit te brengen over de juiste stroomtarieven, stelt voor dat er een verbeterde “energie-mix” voor EBS moet worden toegepast. Ook het energieleveringscontract tussen de staat en de Staatsolie Power Company (SPCS) moet worden herzien. Volgens deze energieleveringscontracten heeft de staat Suriname in de afgelopen 10 jaar een bedrag van ruim US$ 70,7 miljoen teveel betaald aan SPCS. Dit bedrag moet teruggevorderd worden.
De EBS-Tarievencommissie heeft haar rapport af en officieel voorgehouden aan de regering. Op verzoek van de regering worden de verschillende stakeholders de ruimte geboden om hun reactie op het rapport te geven en hun inbreng geven.
Energie-mix verbeteren
De EBS maakt momenteel gebruik van energie verkregen uit de waterkrachtcentrale te Afobaka, gevolgd door thermische stroom die wordt gekocht van Staatsolie Power Company Suriname (SPCS). Het benodigde overschot wordt geleverd door de opwekcentrale van EBS aan de Saramaccastraat in Paramaribo. Volgens een eerder door Ernst en Young uitgegeven rapport, kost SPCS 62% meer dan het gebruik van opwekkingcentrales die eigendom zijn van de EBS. Aangezien de EBS al de investeringen heeft gepleegd om de capaciteit van haar centrale te vergroten en de kosten voor het gebruik van haar centrale marginaal zijn, moet deze bron direct na waterkracht worden gebruikt in plaats bij SPCS te kopen.
Tussen de staat Suriname en de SPCS bestaat er echter een energieleveringsovereenkomst aangegaan in US-dollars. De EBS is hierdoor blootgesteld aan valutarisico’s. Om de valutarisico’s te minimaliseren is het gebruik van de eigen energieopwekkingcentrales om bedrijfseconomische redenen door de EBS kostenefficiënter. Uit een inhoudelijke bijdrage van de Energie Autoriteit Suriname (EAS) in het rapport van de EBS-Tarievencommisssie staat onder meer, dat de overheid daarom opnieuw moet onderhandelen over de Power Purchase Agreement (PPA) contracten met de SPCS.
Teveel betaald
Een andere belangrijke bevinding van de EBS-tarievencommissie is, dat Staatsolie extra kosten in rekening brengt voor geleverde olie (HFO) ten behoeve van de opwekking van energie. Deze extra-kosten (toeslagen) behelzen in totaal US$ 12,05 per barrel. Dit kan volgens het de EBS-Tarievencommissie verlaagd worden naar US$ 3,75. Dit betekent voor de EBS-centrale aan de Saramaccastraat (DPPII) een kostenbesparing van US$ 8,30 per barrel. Uitgaande van een gebruik van 400.000 barrels HFO per jaar door de EBS komt dit volgens de berekening in het rapport neer op ruim US$ 3,3 miljoen dat teveel in het EBS systeem is betaald.
Ook plaatst de Tarieven Commissie kanttekeningen achter de “fuel ratio” die Staatsolie hanteert voor het opwekken van de hoeveelheid MWh energie per barrel olie. Staatsolie hanteert een “fuel ratio” van 1.35 barrel per MWh, terwijl de EBS in de afgelopen periode van 10 jaar een “fuel ratio” haalt van 1.50 en 1.43 barrel per MWh. Samen met de teveel betaalde aan toeslagen op HFO en het verschil in “fuel ratio” in de afgelopen 10 jaar sedert 2013 komt dat volgens de berekening van de EBS-Tarievencommissie neer op een totaal bedrag van ruim US$ 70,7 miljoen dat teveel door de staat aan Staatsolie is betaald. Het voorstel van de EBS-tarieven commissie is om de teveel betaalde gelden aan SPCS terug te vorderen.
De Tarievencommissie
Vorig jaar heeft het bureau Ernst & Young op basis van onder andere efficiëntie en onregelmatigheden die bij de EBS zijn geconstateerd, een rapport uitgebracht aan de regering. Daarin zijn aanbevelingen gedaan die bij doorvoering zouden moeten resulteren in een aanmerkelijke verlaging van de stroomtarieven. Vervolgens heeft de regering een crisisteam in het leven geroepen om het Ernst & Young rapport te valideren. Toen bleek, dat de regering ongestoord door ging met verdere verhoging van de stroomtarieven zonder de efficiency maatregelen door te voeren, was de maat vol voor zowel de vakbeweging, met name Vakcentrale C-47 en de private sector.
De regering maakte publiekelijk bekend dat op 1 september 2022 de stroomtarieven met 10% zouden worden verhoogd. De Vakcentrale C-47 vroeg de regering om deze verhogingen aan te houden en was vastberaden middels acties dit af te dwingen. Er werden acties aangekondigd en de regering koos voor overleg met de sociale partners. Uit dit overleg vloeide voort de aanhouding van de aangekondigde 10% tariefsverhoging en de instelling van de EBS-Tarievencommissie. Deze commissie kreeg als taak mee om advies uit te brengen over de juiste stroomtarieven.