Het ministerie van Openbare Werken (OW) heeft zondag 1 januari haar 167-jarig bestaan gevierd.
In een kort persbericht gaat het ministerie in op haar ontstaansgeschiedenis.
Het begon in 1856 toen het Bouwdepartement werd opgericht. De in 1855 optredende Gouverneur Charles Pierre Schimpf besloot bij Gouvernement Resolutie van 27 december 1855, no 1579, dat per 1 januari 1856 de Civiele en Militaire bouwdepartementen verenigd zullen zijn onder de naam van het Bouwdepartement. Als eerste chef van het Bouwdepartement werd benoemd de toenmalige stadsarchitect, J.A. Voigt, bekend als de bouwer van het Torengebouw (Ministerie van Financiën). Van 1856 tot 1912 heeft het departement zo geheten.
Bij verordening van 29 mei 1912 (G.B. 1912, no. 48) werd ingesteld het ambt van directeur van het Departement van Openbare Werken en Verkeer. De heer A. May was de eerste minister van het departement (1948-1949).
Omstreeks 1967 werd het nodig geacht om voor een betere functionering van het departement over te gaan tot het aanstellen van twee directeuren, die elk een zelfstandig directoraat onder hun leiding kregen. Ook werd de naam van het departement tijdelijk veranderd in Bouwwerken, Verkeer en Waterstaat.
In 1982 werd de naam veranderd naar Openbare Werken, Telecommunicatie en Bouwnijverheid.
Hierna veranderde de naam naar het ministerie van Openbare Werken, Transport en Communicatie.
De huidige naam is het ministerie van Openbare Werken, waarvan dr. Riad Nurmohamed de minister is. Het ministerie is vanaf de instelling van het departement gehuisvest geweest aan de Kleine Waterstraat. In 1974 raakte het gebouw in vlammen en verhuisde de minister naar het gebouw op de hoek van de Waterkant en de Mr. Dr. J.C. de Mirandastraat. In 1982 werd het nieuwe, huidige, kantoor van het departement aan de Mr. J. Lachmonstraat (voorheen Coppenamestraat) in gebruik genomen. Vandaag de dag bestaat het ministerie uit vier directoraten en is landelijk operationeel.