Kritiek op 5% BTW op brandstof

Tijdens de debatten in het parlement over de nadere wijziging van de wet BTW is er veel kritiek van de zijde van de oppositie op het voornemen van de regering om 5%  BTW-tarief te heffen op brandstof. De fracties van de NDP en de BEP voeren aan, dat het heffen van BTW op brandstof een verdere lastenverzwaring voor de bevolking met zich meebrengt. Dit voegt toe aan de vele reeds lasten verzwarende maatregelen die de regering in de afgelopen periode heeft doorgevoerd. 

Het algemeen BTW-tarief bedraagt 10%. BEP-fractieleider Ronny Asabina zei, dat de 5% BTW op brandstof vooral de binnenlandbewoners zwaar zal treffen. Hij wees erop, dat velen in het achterland voor wat betreft elektriciteit afhankelijk zijn van brandstof. Rabin Parmessar (NDP) vroeg zich af hoe het dan zit met de “government take” op brandstof. De samenleving wordt dubbel belast op brandstof.

Mahinder Jogi (VHP) wees echter erop, dat de overheid maandelijks ruim SRD 400 miljoen subsidieert om de brandstofprijs laag te houden voor de bevolking. “Dat geldt moet ergens vandaan komen”, betoogde hij. Met de 5% BTW op brandstof wordt volgens hem de informele sector ook meegenomen. 

Vorige maand heeft de regering in het kader van koersstabilisatie maatregelen aangegeven, dat ten behoeve van de kleinschalige goudsector enkele pompstations zouden worden aangewezen waar men brandstof tegen marktconforme prijs kan betrekken. Hierover is niets meer vernomen. Ook zou de prijs van brandstof gefaseerd naar een marktconform niveau worden gebracht. 

Aan groepen in de samenleving die daarvoor in aanmerking komen zullen via de “moni karta” financiële ondersteuning krijgen. Bij de samenstelling van dit artikel waren de debatten in het parlement nog gaande.

SS

error: Kopiëren mag niet!