Er is een heleboel ophef in de samenleving hier en in Nederland ontstaan over de excuses die de Nederlandse regering wenst te maken voor het slavernijverleden. Opmerkelijk was daarbij dat de Nederlandse regering daarvoor een datum van 19 december 2022 heeft uitgekozen. Dat lijkt meer op een soort kerstcadeau, maar nu wel zonder een cadeau. Waarom dan die haast vragen wij ons ook af.
De Nederlandse regering wil naar verluidt de excuses maken op 8 plekken in de wereld waaronder Suriname en waarschijnlijke enkele eilanden in de Caribbean en misschien ook nog de plekken vanwaar de Hollandse slavenhalers allemaal slaven gingen halen. Daardoor zal het een zeer onoverzichtelijke aangelegenheid worden als vertegenwoordigers van de Nederlandse regering in ongeveer 8 landen verontschuldigingen zullen aanbieden.
De vraag rijst of de impact van de slavernij in alle 8 landen te merken is en wat de Nederlandse regering daarmee zal doen. Wij hadden de indruk dat de impact van de Nederlandse betrokkenheid bij de uitvoering van de slavernij te merken is in het land dat nu Suriname heet en in mindere mate ook de eilanden die Nederlandse kolonie waren in de Caribbean (Aruba, Curaçao etcetera). Een deel van de bevolking van deze (ei)landen is naar Nederland geëmigreerd voor lotsverbetering, maar het schijnt dat het ook daar met het leven niet wil lukken. Die mensen hebben de achterstanden meegenomen naar Nederland en zitten nog daarmee, het is nog niet over. Deze groepen in Nederland hebben de neiging om alle aandacht naar zich toe te trekken en alle reparatiemaatregelen op te eisen. Er is dus een behoorlijke concurrentie om de reparatiemaatregelen tussen de tussen de Nederlanders van Surinaamse en Caribische origine en de bevolkingen die in de thuislanden wonen.
Er is nu een kort geding aanhangig gemaakt door een aantal ‘zwarte’ Nederlandse stichtingen die de rechter hebben gevraagd om de regering te verbieden de excuses niet aan te bieden op 19 december 2022, maar op een andere datum. De stichtingen willen de datum van 1 juli 2023. Dan zal het precies 160 jaar geleden zijn dat de slavernij zal zijn afgeschaft. De Nederlandse regering wil zich waarschijnlijk niet focussen op 1 juli, omdat de Nederlanders excuses willen maken niet alleen voor het slavernijverleden, maar ook de daaraan gekoppelde uitbuiting van andere groepen die naar de koloniën werden gebracht en daar werden achtergelaten om maar met elkaar proberen samen te leven. De zwarte stichtingen en organisaties in Suriname en Nederland zijn het er niet mee eens om ook de hindoestanen en de Javanen mee te nemen, de inheemsen wel. De hindoestanen en de Javanen hebben geen lobby’s en platformen om sorry op te eisen of iets terug te zeggen over de bezwaren die de zwarte stichtingen hebben om samen te gaan met de andere groepen. Er is bij de hindoestaanse en waarschijnlijk ook de Javaanse nazaten waarschijnlijk geen wens om sorry aan te horen van de Nederlandse regering of het koningshuis. Deze groepen zijn na de immigratieperiode in Suriname en in Nederland en ook in de USA hun eigen weg opgegaan, ze hebben een behoorlijke weg opgegaan om nog terug te kijken en sorry te eisen.
De zaak ligt nog diep onder de nazaten van tot slaaf gemaakten en dat zie je ook in de samenlevingen. Het wordt interessant wat de Nederlandse rechter zal beslissen, maar het zou zeer interessant zijn als de rechter voor de Nederlandse regering zou bepalen op welke dag ze sorry moet zeggen over handelingen gepleegd enkele decennia terug. Wij denken niet dat de Nederlandse rechter op de stoel van de regering zal zitten en zal bepalen wat die moet doen.
Een andere opmerkelijk zaak was dat van de persoon die de excuses zal uitspreken. Even leek het erop dat een persoon die doorgaat als ‘zwart’ te zijn en roots te hebben in Suriname, de plichtplegingen zou doen in Suriname. Dat zou een farce blijken te zijn. Door dit soort beslissingen ontstaan er signalen die aangeven dat het bij de Nederlandse regering om hun en niet om anderen gaat. Het draait bij de excuses om de belangen van de Nederlandse regering en de Nederlandse samenleving. Van die samenleving maken mensen uit Suriname etcetera ook deel en die mensen zijn daar om te blijven. Ze zijn onderdeel van Nederland en zo zal het blijven. De Nederlandse regering wil dat deel van de bevolking goed te houden en vooral daar reparaties aanbrengen zodat er heling plaatsvindt in de Nederlandse samenleving. Ook bij de besteding van de middelen blijkt duidelijk dat men met musea en dergelijke, Nederlandse belangen, bedrijven en burgers (toeristen etcetera) van dienst wil zijn.
Het is duidelijk dat met de manier waarop de Nederlandse regering de zaak aanpakt, er geen rekening wordt gehouden met de gevoelens van de nazaten van de tot slaaf gemaakten. De Nederlandse regering wil eens excuses maken en men wil er klaar mee zijn. De houding van de Nederlandse regering naar Suriname laat ook duidelijk blijken, dat er van een vriendschappelijke diplomatieke relatie ook geen sprake is en dat er bijna een vijandige houding is naar de bevolking van Suriname. Wij weten dat compensatie altijd betaald moet worden, want dat is rechtvaardig, en dat naties hun landen zelf moeten ontwikkelen. We kijken uit hoe deze zaak verder afloopt.