Het ministerie van Economische Zaken, Ondernemerschap en Technologische Innovatie (kortweg EZ) heeft kennis genomen van mediaberichten over (werk)besluiten van minister Rishma Kuldipsingh en staf die in twijfel worden getrokken.
Op basis van de rol en verantwoordelijkheden van de bewindsvrouwe informeert het ministerie de samenleving dat het uitgeven van vergunningen en de besteding van middelen vanuit de begroting (inclusief Kredit Opening middelen) strikt conform wettelijke regelingen en gangbare overheidsprocedures plaatsvinden en hebben plaatsgevonden. Het ministerie onder aansturing van minister Kuldipsingh voert een beleid, welke voldoet aan de beginselen van behoorlijk bestuur.
De Onderdirecteur Administratieve Diensten (ODAD) zowel de kassier verrichten de betalingen. De uitgaven (bonnen) worden verantwoord en gecontroleerd door de afdeling Financiële Zaken en Interne Controle van het ministerie van EZ die verder naar de afdeling Comptabiliteit van het Ministerie van Financiën opgestuurd worden voor verdere controle en goedkeuring. Wij mogen de samenleving geruststellen dat er tot heden geen onregelmatigheden zijn geconstateerd.
Eveneens heeft het verstrekken van de vergunning, genoemd in voorgaande mediaberichten, plaatsgevonden onder de wettelijke richtlijnen genoemd in artikel 25 lid 1 Wet bedrijven en beroepen (houdende vaststelling van regels inzake het uitoefenen van bedrijven en beroepen): Degene die zich op feitelijke gronden niet kan verenigen met een besluit inzake het bezwaar ingevolge artikel 24. Bovengenoemde biedt de minister de ruimte om op te treden als beroepsinstantie. Ook in artikel 36 lid 3 stelt dat de minister belast met economische aangelegenheden is belast met de uitvoering van deze wet (Wet Bedrijven en Beroepen).
Met betrekking tot het bekleden van het ambt van minister door mevr. R. Kuldipsingh, die voorheen ambtenaar was op het ministerie van Economische zaken, Ondernemerschap en Technologische Innovatie, is artikel 57 van de Personeelswet heel duidelijk.
De ambtenaar is van rechtswege op non actief en ontvangt hij of zij geen salaris of emolumenten uit hoofde van die functie. Na de benoeming van de minister, is het ministerie van Economische zaken, Ondernemerschap en Technologische Innovatie in gebreke gebleven om het salaris stop te zetten. Minister Kuldipsingh, toen nog minister van Arbeid, Werkgelegenheid en Jeugdzaken (AWJ) heeft zelf het initiatief genomen om via de directeur van AWJ, bij schrijven AWJ 1371/20 d.d 1 oktober 2020 schriftelijk gevraagd voor stopzetting van het salaris. De stopzetting heeft plaatsgevonden, echter zonder opdracht vanuit het ministerie van Economische zaken, Ondernemerschap en Technologische Innovatie om het onterecht ontvangen bedrag in te houden. Zowel de minister als de directie hebben nagelaten hierop toe te zien en bieden de samenleving hiervoor hun verontschuldiging. Deze omissie wordt gecorrigeerd.
Het ministerie stelt de samenleving op de hoogte dat na gesprekken met het Clusterteam van ministers, de directeur van Economische Zaken, Aroen Jadoenathmissier, ontlast is van zijn verantwoordelijkheden en bevoegdheden. Het ministerie betreurt de berichtgeving en keurt het onnodig belasteren van de minister en haar directie en staf zonder hoor en wederhoor ten zeerste af. Het ministerie benadrukt dat zij te allen tijde bereid is om geoorloofd openheid van zaken te geven en openstaat voor communicatie in het kader van transparant beleid en het dienen van de samenleving.