De artikelen over de politiek en het reilen en zeilen van de regering volgden elkaar in rap tempo op. Men was alleen gefocust op hetgeen de regering voor hen kon doen om zo snel mogelijk een gemakkelijk leven te kunnen leiden.
Ook ik schreef alleen maar over de politiek totdat ik in gesprek raakte met een vrouw van 75 jaar. Ze vertelde met tranen in de ogen over het bezoek aan haar zoon. Haar verhaal opende mij de ogen voor het feit dat er meer om ons heen gebeurt dan politiek. Na haar verhaal te hebben aangehoord, vroeg ik me af of er meer mensen geconfronteerd werden met dit opvoedingsprobleem, dus besloot ik erover te schrijven.
Deze vrouw had haar twee kleinkinderen van vier en twee jaar tot nu toe alleen op foto’s gezien en toen de mogelijkheid zich voordeed, besloot ze naar Nederland te gaan om kennis met ze te maken.
De bedoeling was om een week gezellig samen door te brengen. Echter de ene teleurstelling na de andere stapelde zich op. Na twee dagen met hen in huis moest ze concluderen dat die twee kleintjes overvloedig werden gevoed maar niet opgevoed. Ze hadden zoveel speelgoed dat je er een winkel mee kon vullen. De kinderen zagen, wat het speelgoed betreft, door de bomen het bos niet meer en hadden niet geleerd om te waarderen wat ze hadden. Tafelmanieren ontbraken bij beide kinderen. De moeder zette het bordje met eten voor ze op tafel, de kinderen kwamen aangerend, zaten niet, maar knielden op de stoel, namen een hap eten, sprongen daarna op de grond en renden al kauwend door het huis. Dit ritueel herhaalde zich een paar keer en voordat het bordje leeg was, vroegen ze tussendoor om een koekje of chocolaatje en kregen die ook. Er werd niet gevraagd, ‘mag ik een koekje, maar gezegd’ ik wil een koekje.’ De kast was volgestouwd met koek, chips en chocola, die de hele dag werden genuttigd.
De kinderen spraken tijdens het eten met een volle mond maar werden niet gecorrigeerd. Ook vonden ze het heel gewoon om op de bank te springen of om op de rugleuning van de bank te balanceren. Er werd nooit een glas melk gedronken wel sap.
Als klap op de vuurpijl werd de oma geconfronteerd met de slaapgewoonten van de kinderen. De kinderen werden nooit op een vast tijdstip in bed gelegd. Kinderen die elke ochtend om half zeven op moeten, hebben voldoende slaap nodig en moeten daarom op tijd in bed liggen. Deze kleintjes gingen niet alleen op onregelmatige tijden naar bed, maar vertikten het ook om te gaan slapen als hun vader niet naast ze bleef liggen totdat ze sliepen. Ook wilden ze perse in het bed van de ouders slapen en niet in hun eigen bed. Ook daarin kregen ze hun zin. Als ze sliepen, bracht de vader ze naar hun eigen bed.
De jongste had al vroeg geleerd dat ze haar zin kreeg als ze het op een brullen zette, dus deed ze dat regelmatig.
De oma was verbijsterd over deze gang van zaken, er was geen regelmaat en ook geen discipline. Ze begreep het niet omdat ze haar eigen kinderen een heel andere opvoeding had gegeven. Ze wilde zo graag het waarom begrijpen.
Eerst dacht ze dat het kwam omdat de ouders beiden werkten en dat er daarom geen tijd was om aandacht te besteden aan de opvoeding. Tegenwoordig kan een gezin zich financieel alleen redden als beide ouders werken. Die gedachte moest ze al snel verwerpen toen ze eraan dacht dat ze met een fulltime baan drie kinderen had opgevoed en ze toch discipline en regelmaat had kunnen bijbrengen. Toen zocht ze de oorzaak in het willen meegaan met de moderne opvoeding. Een Nederlander gelooft nu eenmaal in de vrije opvoeding. Ook aan die gedachte wilde ze zich niet vastklampen.
Toen echter de andere oma en twee oudere zusjes een keer op bezoek kwamen, viel plots het kwartje. Ook zij sloofden zich namelijk uit om het de kinderen naar de zin te maken. Ook van hen kregen de kinderen in alles hun zin. Iedereen sloofde zich uit om lief te zijn voor de kinderen. Deze mensen geloofden stuk voor stuk dat ze hun liefde voor de kinderen alleen konden tonen als ze de kinderen in alles hun zin gaven. Ze hadden een verkeerd beeld van liefde. Ze geloofden dat nee zeggen tegen een kind betekende dat je niet van dat kind hield. Ze beseften niet that saying no to your child, when oppropriate, an act is of love.
De oude vrouw zat met een dilemma. Omdat ze geloofde dat de kinderen op die leeftijd nog te corrigeren waren, wilde ze corrigerend optreden. Als ze zich zou inzetten om de kinderen te corrigeren, zou ze ruzie krijgen met haar zoon. Als ze dat niet deed, zouden de kinderen verwende schepsels worden die ditzelfde gedrag elders zouden vertonen en zich daardoor niet geliefd zouden maken.
Ze kon niet zitten toekijken hoe haar kleinkinderen de vernieling ingingen.
Ze besefte echter ook dat niet zij maar de ouders corrigerend moesten optreden. Zij verbleef daar maar voor korte tijd dus zou het meer effect hebben als ze deze taak legde in de handen van de ouders.
De hamvraag is, zijn de ouders daartoe bereid? Houden ze genoeg van hun kinderen om toe te geven dat ze verkeerd bezig zijn en het tij keren?
It’s easier to build strong children, than to repair broken men.
Josta Vaseur