Ik zat naar een programma te kijken waarin kinderen werd geleerd om te planten. Een prachtig initiatief daar kinderen niet alleen leerden om zelfredzaam te zijn, maar ook hun mobiel voor een poosje konden wegleggen.
Opvallend was het verschil in aanpak door de kinderen. Het ene kind plantte het boompje zorgvuldig in de aarde, bemeste het en gaf het regelmatig water en wachtte daarna geduldig op de groei. Een ander kind plantte het boompje in de aarde, gaf het niet uit zichzelf mest en water maar moest daartoe worden gedwongen. Ook had dit kind geen geduld, hij wilde zo snel mogelijk resultaat zien. Hij boog zich elke dag over het boompje heen om te zien of het hard groeide en als dat niet het geval was, werd hij boos, schopte tegen het boompje aan en mopperde:
”Ik dacht dat je een snelbloeier was maar je bent nep, wanneer kan ik eindelijk wat fruit oogsten?” Dan reageerden de anderen: “Rustig maar, heb wat geduld, het boompje zal heus wel fruit dragen dan kan jij je buikje vol eten.” In plaats van geduldig en zorgzaam was hij ongeduldig en agressief.
Terwijl ik zat te kijken, gingen mijn gedachten naar het volk van Suriname en associeerde ik het gedrag van de kinderen met dat van het volk. Het volk reageert namelijk ook verschillend op de economische crisis. Een deel geeft gehoor aan het verzoek van de president en stelt zich geduldig en afwachtend op, probeert inzicht te krijgen in de ernst van de crisissituatie en probeert ook zelfredzaam te zijn. Een ander deel is ongeduldig, wil snel resultaat zien, heeft geen inzicht in de crisis materie, vertoont geen eigen inzet, loopt te schelden en blijft zich vastklampen aan hebben en krijgen. Dat deel wil welvaart liever gisteren dan vandaag. Men beseft niet that they can have iT all but not at once.
Geen mens is gelijk aan de ander. dus eigenlijk is het heel normaal dat mensen verschillend reageren op de crisis. Het zijn de harde maatregelen die moesten worden getroffen, die de mensen zwaar op de maag vallen. Elke regering zal deze maatregelen moeten nemen om het land weer op de rails te krijgen. Daar deze regering het winnende lootje had getrokken, waren en zijn, zijn zij dus het pispaaltje.
Verwijten maken en kritiek leveren, is niet erg, is zelfs verstandig, alleen de manier waarop het gebeurt verdient geen schoonheidsprijs.
Het gros van het volk heeft nooit geleerd om kritiek opbouwend te brengen. Men heeft er meer plezier in om de ander te schofferen en kapot te maken. Zolang deze destructieve mentaliteit overheerst, zal er geen goede communicatie en opbouw mogelijk zijn. Bijvoorbeeld de reacties over de jaarrede van de president zaten vol venijn, hatelijkheden en betweterigheid. Het genot om de president en zijn regering te schofferen, straalde van de artikelen af. Er was nergens iets positiefs te bespeuren.
Toen een mevrouw verontwaardigd uitriep dat ze de negatieve reacties laag bij de grond vond, werd haar naar het hoofd geslingerd dat ze zich opstelde als een ‘redie moesoe’. Met andere woorden ze moest meegaan in die negatieve flow, omdat de president een Hindoestaan is. Ik dacht dat ze zich beledigd zou voelen, omdat deze benaming niet prettig aangeschreven staat. De vrouw antwoordde echter, dat ze er trots op is om zo te worden genoemd, daar dat voor haar betekende dat ze daarmee bewees dat ze zich, omdat ze zwart was, niet automatisch schaarde achter de mensen die op haar leken. Velen volgen blindelings de kleur. Een redie moesoe volgt niet blindelings de kleur, die wil zelf zien, zelf horen en haar eigen conclusies trekken, is zelfs bereid om haar eigen kleurgenoot, indien nodig terecht te wijzen. Haar eigen conclusie over de jaarrede van de president, verschilde hemelsbreed met die van de negatieve betweters.
Ze vond het triest dat men niet wilde inzien, dat dit negatieve gedrag niet stimulerend werkt. Net als bij kinderen. Een kind dat alleen maar gescheld, verwijten en afbrekende kritiek moet incasseren, zal nooit gestimuleerd worden om goed te presteren. Opbouwende kritiek daarentegen en af en toe een compliment kan wel leiden tot betere prestaties.
Hetzelfde geldt voor de president en zijn regering. Vanaf het begin zijn ze gepest, tegengewerkt, kregen ze afbrekende kritiek over zich heen, nooit een woord van dank en nog minder een compliment. Niemand kan werken en goed presteren onder zo’n negatieve sfeer. Nog erger is het wanneer men zich niet aan de feiten houdt en er van alles bij verzint.
Iemand schreef bijvoorbeeld in een artikel dat Achaibersing die ministers functie had onderschat, het niet aankon en daarom opstapte. Dit was pure laster.
Ook het volk dat dagelijks geconfronteerd wordt met zoveel venijn en hatelijkheden zal niet blij door het leven gaan. Het volk verlangt naar een positieve sfeer.
Zij die zo negatief bezig zijn, willen eigenlijk slechts de president kwaad doen, ze beseffen jammer genoeg niet dat ze ook land en volk met dit gedrag raken.
Natuurlijk mag de regering op fouten gewezen worden, van belang is echter hoe het wordt gebracht.
Hoe iemand zich gedraagt is een keuze, men kan er voor kiezen om negatieve gedachten toe te laten of geen kans te geven. You don’t get anywhere by beating people down with negativity.
In een van de artikelen werd beweerd dat het land in totale duisternis verkeerde. Mijn positieve gedachte is dat we op een gegeven moment sterren zullen zien flonkeren in die duisternis.
“If negative thoughts are down in the well, they will come up in the Bucket”
Josta Vaseur