Met betrekking tot de visvergunningen kwestie tussen Guyana en Suriname geeft Rashied Doekhie, gewezen districtscommissaris van het district Nickerie, het volgende te kennen aan de redactie van Dagblad Suriname.
Ons land was in de uitverkoop
“De president heeft samen met zijn handlangers, de minister van Landbouw, Veeteelt en Visserij en het ministerie van Buitenlandse Zaken, International Business en Internationale Samenwerking uitverkoop geprobeerd te houden van ons land”, zegt Doekhie. Hij is de mening verder ook toegedaan, dat ze zijn gaan beloven dat er 150 visvergunningen gegeven zullen worden aan de Guyanese gemeenschap, maar ze beweren nu dat het niet zo is.
“De president gaf toen nog aan, dit te willen doen vanwege het nabuurschap van de twee landen en in het kader van reguleren van dit alles.” De minister gaf volgens Doekhie nog aan, dat er een bepaalde autoriteit zou komen om dit in orde te maken. “Nu zitten ze te liegen terwijl er zelfs documenten ondertekend zijn”, zegt Doekhie.
“Niet de eerste keer dat we in uitverkoop zijn geweest”
Dit is volgens Doekhie niet de eerste keer, dat we als land in uitverkoop zijn geweest. Zo somt hij de andere keren op in het gesprek waar we al voor enkele miljarden in de uitverkoop zijn gezet door deze mensen die hun handtekening onder verschillende documenten hebben geplaatst. Enkele voorbeelden die hij noemt zijn de Italiaanse kwestie waarbij er zeker 25 miljoen beloofd was, de HPSG deal in Commewijne, de Jeruzalem kwestie waar zeker sprake moet zijn geweest van 5 miljoen, de kwestie New Surfin, Surfin en vele andere kwesties die bekend zijn in de samenleving.
“Kijk niet naar de pijnen, maar wat ze hebben veroorzaakt”
Doekhie betreurt het ten zeerste, dat er zo wordt omgegaan met de waarde en de naam van ons land, maar kan zich vinden op bepaalde momenten. “Guyana moet weten dat de vissen in ons territorium aan ons toebehoren”, zegt hij.
Wat hij wel jammer vindt is, dat er op presidentieel niveau zulke fouten gemaakt zijn door Surinaamse bewindslieden. “Je kunt niet zomaar dingen gaan lopen beloven zonder een goede overweging te hebben gepleegd en we moeten nu niet schreeuwen over de Guyanese overheid, we moesten schreeuwen toen onze president daar dingen was gaan beloven, want vandaar komt de pijn waarover we nu zitten te klagen”, voegt hij afsluitend toe aan het gesprek.
GW