De Guyanese vicepresident Bharrat Jagdeo zei vrijdag 16 september, dat corrupte praktijken door autoriteiten in Suriname er de oorzaak van zijn, dat de beloofde visvergunningen aan 150 Guyanese vissers nog niet zijn verstrekt. Jagdeo zei, dat Guyana de interventie van CARICOM zal vragen om een oplossing te vinden voor wat hij noemt “de voortdurende intimidatie” van Guyanese vissers door Surinaamse autoriteiten.
“We moeten nu hard gaan spelen”, zei Jagdeo tegen vissers in East Berbice-Corentyne.
De Guyanese vicepresident, die met vissers sprak in zowel Port Mourant als Skeldon, beweerde dat de Surinaamse minister van Landbouw, Veeteelt en Visserij (LVV), banden heeft met verschillende mensen die de vissersbootvergunningen controleren en winst maken op het Guyanese vissersvolk.
Ondanks dat er schriftelijke overeenkomen was tussen Guyana en Suriname om 150 vergunningen af te geven aan Guyanese vissers, lijkt er nog steeds geen oplossing te zijn gevonden, “omdat onze oosterbuur de overeenkomst gewoon negeert”, zei Jadeo.
Hij richtte zich tot vissers in East Berbice-Corentyne (Regio Zes) en herhaalde dat Guyana het geschil zou voorleggen aan de Caribische Gemeenschap met 15 landen (CARICOM).
Hij zei niet specifiek onder welke bepaling van het Herziene Verdrag van Chaguaramas Guyana verhaal zou zoeken, maar herinnerde eraan dat Trinidad en Tobago ooit de Guyanese landbouwexport had geblokkeerd, terwijl bedrijven uit dat tweelingeiland hebben geïnvesteerd in de olie- en gassector van Guyana. “We hebben duidelijk gemaakt dat u onze mensen met respect zou behandelen en dat er wederkerigheid moet zijn”, zei hij.
De Guyanese vicepresident Jagdeo waarschuwde, dat Surinaamse bedrijven die in Guyana “redelijk fatsoenlijk” worden behandeld, binnenkort moeilijkheden kunnen krijgen om te opereren in Guyana als het visserijprobleem niet wordt opgelost. “Ze verdienen hier geld. Maar hun regering valt onze vissers lastig, dus er moet nu een andere tactiek worden toegepast. We moeten afstand nemen van alleen maar met ze praten, want het gaat nergens heen. We moeten nu hard gaan spelen”, zei hij.