Bij de totstandkoming van nieuwe verkavelingsprojecten, schijnt er vanuit het ministerie van Openbare Werken (OW), door onwetendheid van deskundigen slechte beslissingen genomen te worden, wanneer het gaat om het spaarwaterprobleem.
Er zijn door de jaren heen zoveel verkavelingsprojecten tot stand gekomen zoals Rainville, Beni’s project, Sophiaslust, Charlesburg etcetera, waar geen sprake was van spaarwater.
Er is indertijd een boek uitgegeven, waarin duidelijk is aangegeven dat op 40 tot 50 km afstand vanaf weg naar zee (Atlantische Oceaan), hetzij Noord, Zuid, Oost of West, geen afgravingen gedaan mogen worden in verband met spaarwater. Ook in de stad dus niet.
De deskundigen moeten over het bestaan van dit boek op de hoogte zijn en zo niet dan hebben we met een stelletje ambtenaren te doen die hun werk niet naar behoren kunnen doen.
Er is in dit boek duidelijk aangegeven dat er door opgravingen de grond (klei) kan verzakken en er trillingen gaan optreden. Een tweede groot probleem is, dat kinderen van de buurt daar zullen gaan zwemmen met alle nare gevolgen van dien. Er zullen verstoppingen ontstaan, waardoor men steeds bezig zal zijn met opgravingen.
Aangezien het erop lijkt dat de deskundigen niet weten waarmee ze bezig zijn, lijkt het gepast dat de minister zich persoonlijk gaat bezig houden met deze zaak. Als verkavelaar moet men onnodig lang wachten (1 tot 2 jaar) alvorens een positieve beslissing genomen kan worden.
Heer minister, laat U zich niet in diskrediet brengen en verdiept u zich in deze materie.
R.K.