Er is in DNA een discussie en bijna een patstelling ontstaan over de invoering van de BTW (Belasting Toegevoegde Waarde) in Suriname. Als we af mogen gaan van de berichten in het nieuws, dan is de discussie niet of de BTW moet worden ingevoerd, maar op welke hoogte het moet worden ingesteld. Er is gesproken over een begintarief door enkele leden. Die zijn van oordeel, dat de regering met een begin tarief moet starten om na een evaluatie uiteindelijk te belanden op een hoger niveau. Er was weinig draagvlak voor een BTW van 15% in DNA. Die zou toen gegaan zijn naar 11.5% en nu ligt het op 10%. De oppositie had een begintarief van 5% gevraagd, maar we weten van opposities dat die in Suriname elke kans aangrijpen om regeerbaarheid van elke regering te bemoeilijken.
Een laag BTW en afschaffing van de omzetbelasting betekenen minder inkomsten voor een regering. Dat is dodelijk voor een regering die beweert verlegen te zitten om inkomsten. Minder inkomsten betekent een versmalling van de basis om het sociaal-economisch beleid te voeren. Het gevolg zal zijn een druk op de gezondheidszorg en allerlei subsidies.
Het gelag van een laag BTW wordt uiteindelijk betaalt door de belastingbetaler oftewel de consument. Die zal kunnen rekenen om minder medische zorg en medicijnen en zal te kampen hebben met een tekort aan medicijnen bijvoorbeeld. Voor een aantal zaken zal het antwoord zijn: lanti no abi moni. Het is algemeen geaccepteerd dat de regering middelen vergaard van heffingen en belastingen om haar sociaal-economisch programma uit te voeren. De heffingen worden door ondernemers in binnen en buitenland, die iedereen die inkomsten verwerft en door consumenten betaalt. De kunst is evenwel om de heffingen op zo een hoog niveau te zetten dat iedereen kan leven en zijn gezin kan onderhouden. En dat kinderen naar school kunnen gaan, iets wat zo lang mogelijk moet gebeuren wil je een stabiele samenleving opbouwen. Over het tarief van de BTW zijn er zelfs in de coalitie DNA-leden die onder de 10% willen duiken. Zo zou de NPS voorstander zijn van een percentage van 8%.
We hebben eens in de jaren ’90 het self assessment systeem voor inkomstenbelasting ingevoerd en ook de omzetbelasting. Dit alles is gebeurd in een samenwerkingsverband met Nederland. Het belastingsysteem omzetbelasting is in Suriname amper 30 jaar oud en het kan dat haar werking niet meer heilzaam is. Maar, zijn we ooit nagegaan wat de voordelen van de omzetbelasting zijn geweest? Er wordt al een hele tijd beweerd dat de BTW in het voordeel is van de consument met de smalle schouders. Het BTW-systeem zou zodanig zijn, dat een product of goed, geen effect heeft op de prijs van andere goederen. Het goede van BTW zou zijn, dat prijzen van goederen en diensten bij die goederen en diensten geïsoleerd blijven en dat er geen noodzaak voor ondernemers en handelaren is om door te berekenen.
In het BTW-systeem zou dus een verhoging van de prijs van brandstof dus niet betekenen dat alle goederen die getransporteerd worden (met gebruikmaking van die dure brandstof) ook een prijsverhoging ondergaan. Dat zou niet het geval zijn met het systeem van de omzetbelasting. Er wordt in verband hiermee al een hele tijd gesproken over het verschuiven van de directe naar de indirecte belastingen. BTW zou, zoals wel eens wordt uitgelegd, goed zijn voor de kleine man en zijn smalle budget. Wij moeten echter wel constateren dat het BTW-verhaal voor de kleine man nog niet geheel duidelijk.
Recent hebben we hier nog geschreven, dat er eigenlijk sprake is van een verwarring, omdat de Vereniging van Economisten juist zou hebben aangegeven dat de percentages die men wilde invoeren (dat was toen 15%) zouden leiden tot de verhoging van de prijzen van goederen en diensten. Wij zijn daarop ingegaan, maar een vraag die ook gesteld moet worden is: om welke goederen en diensten gaat het allemaal. We dachten dat bij BTW de consument zijn onderworpenheid aan btw zelf kan bepalen door de letten op zijn consumptiegedrag, dus op de mogelijkheden van zijn budget. Op het bericht van de VES dat BTW goederen en diensten duurder zou maken en dus een inflatoir effect zou hebben, is door de regering niet op hetzelfde niveau gereageerd. De regering had kunnen reageren door de focus te leggen op eerste levensbehoeften, medicijnen, medische zorg en onderwijs. In elk geval moet de zaak van de BTW nog in kleingeld worden vertaald voor de kleine man die mogelijk wel een belang heeft bij de invoering van een BTW, maar dan op een niveau dat hij aankan.
Overigens moeten wij weer stellen dat de regering een zeer cruciaal punt van economische zorg niet aanpakt door de informele sector ongemoeid te laten. De regering die de economie en de sociale zorg wil aanpakken, kan dat niet doen zonder aanpak van de informele economie. Deze wordt gevormd door ondernemers die de belastingen niet afdragen en geen sociale verzekeringen sluiten. Uit mededelingen die de Belastingdienst-directeur doet, blijkt dat hij geen sterk verhaal heeft om de informele sector belastingaanslagen op te leggen. Hij denkt waarschijnlijk aan zijn stoel en de aanvallen vanuit de informele sector.
Maar, de informele sector moet ook bijdragen aan de economie en dat doet men niet genoeg door alleen bij de pomp government take te betalen. De Belastingdienst zou naar verluidt een integriteitsprobleem hebben, evenals de douane. Ook hier zien we nog geen verbetering in.