Het Hof van Justitie zou 26 augustus een aanvang maken met de behandeling van het bezwaarschrift tegen de dagvaarding van verdachte A. Adhin. De verdachte Adhin wordt vervolgd als gewezen politieke ambtsdrager. Politieke ambtsdragers staan ingevolge artikel 140 van de Grondwet in eerste aanleg niet terecht bij de Kantonrechter, maar bij het Hof van Justitie, indien zij verdacht worden van het plegen van misdrijven in hun betrekking, zo bericht het Hof dinsdag 30 augustus.
Het Hof (in eerste aanleg) spreekt in dit soort gevallen recht met drie rechters. Tegen een uitspraak van het Hof kan hoger beroep aangetekend worden. Het hoger beroep wordt behandeld door het Hof (in hoger beroep) dat dan bestaat uit vijf andere rechters, die eerder niet betrokken zijn geweest bij de strafzaak. Ingevolge het Wetboek van Strafvordering kan een verdachte die een dagvaarding heeft ontvangen, bij het gerecht, dat zijn strafzaak zal behandelen, bezwaar aantekenen tegen de dagvaarding. Het bezwaarschrift zorgt ervoor dat de dagvaarding die door het Openbaar Ministerie is uitgebracht, vervalt. Dat betekent dat de zaak niet meer inhoudelijk kan worden behandeld, zolang op het bezwaarschrift niet onherroepelijk is beslist.
De verdachte Adhin was door het Openbaar Ministerie gedagvaard om voor het Hof van Justitie (in eerste aanleg) te verschijnen in verband met strafbare feiten waarvan hij verdacht wordt.
De verdachte Adhin heeft hierna bezwaar aangetekend tegen de dagvaarding.
Het Hof van Justitie (in eerste aanleg) zal het bezwaarschrift in behandeling nemen en de verdachte en het Openbaar Ministerie horen. Hierna neemt het Hof een beslissing. Indien het bezwaar gegrond wordt bevonden dan wordt de verdachte niet verder vervolgd. Indien het bezwaar ongegrond wordt beoordeeld dan bepaalt het Hof wanneer de zaak verder op de zitting behandeld zal worden. Tegen deze beslissing van het Hof (in eerste aanleg) kan hoger beroep aangetekend worden, zowel door het Openbaar Ministerie als de verdachte.
Op 26 augustus heeft de zitting wel plaatsgehad, maar de zaak werd niet in behandeling genomen, omdat één van de rechters die deel uitmaakt van de kamer die de zaak behandelt, vanwege ziekte niet aanwezig kon zijn.
De behandeling van het bezwaarschrift is uitgesteld naar vrijdag 14 oktober 2022.