Deel 3 – Ordening kleinschalige goudsector al jaren hoofdpijndossier dat maar niet goed geopend lijkt te worden

De biomedische pas en het falende registratiebeleid

Minister David Abiamofo van Natuurlijke Hulpbronnen worstelt om ordening van de kleinschalige goudsector op een effectieve wijze van de grond te krijgen. Daartoe is er een Commissie Ordening Kleinschalige Goudsector, maar de werkzaamheden van deze commissie verlopen zeer gebrekkig. Het terugdringen van illegale goudwinningsactiviteiten kan hierdoor niet structureel plaatsvinden. Na controle operaties in gebieden met illegale goudwinningsactiviteiten, het verwijderen van goudzoekers, zien de autoriteiten lijdzaam toe hoe de goudzoekers de volgende dag alweer terug zijn. Er is voortdurend sprake van een kat- en muisspel, aldus de minister onlangs in De Nationale Assemblee.

Geen geld voor ordening goudsector

Hij maakte net zo’n krachteloze indruk als de ordening van de goudsector. Als enige structurele oplossing voor de problemen in het Brownsberg Natuurpark, dat al jarenlang zoetjesaan compleet wordt vernietigd, ziet hij het creëren van permanente controle posten met permanente bemensing. Maar, het geld hiervoor ontbreekt. Er wordt nu geroeid met de riemen die er zijn, aldus de bewindsman dinsdagmiddag 16 augustus in de Assemblee. De huidige Commissie Ordening Kleinschalige Goudsector beschikt zelfs niet over voer- en vaartuigen. 

Ordenen goudsector is vechten tegen de bierkaai zonder effectief beleid

Al sedert 2010 wordt getracht de kleinschalige goudwinning te ordenen. In dat jaar werd ook een eerste presidentiële Commissie Ordening Goudsector in het leven geroepen die vervolgens een aantal moeilijke jaren doormaakte. En anno 2022 moet geconcludeerd worden dat het schier onmogelijk lijkt om die goudsector enigszins te ordenen. 

Stukje geschiedenis van ordening van kleinschalige goudsector

Dagblad Suriname dook in een stukje geschiedenis van de ordening van de kleinschalige goudsector. En dat stukje geschiedenis start ergens in 2010 met de installatie van de presidentiële commissie Ordening Goudsector en laat vervolgens tot de dag van vandaag een beeld van ad hoc ingrijpen zien, een beeld van een falend beleid, een beeld van slechte coördinatie en organisatie en een beeld van, dat werkelijk niets structureels van de grond is gekomen.

Registratie en ‘biomedische pas’ leveren niets op

De commissie begon in januari 2011 voortvarend met de registratie van werknemers in de kleinschalige goudsector. In twee dagen tijd hadden zich al ruim 2.700 personen gemeld bij de diverse registratieposten. Meer dan 2.500 mensen hadden zich gemeld bij de posten te Merian, in het oosten van het land, en Afobaka en in Paramaribo bij het kantoor van de commissie in het onderkomen van de Geologische Mijnbouwkundige Dienst 210, vooral concessie- en machinehouders. Iedereen die werkzaam is in de goudsector of directe verdiensten heeft uit die sector was opgeroepenom zich te melden. Bij de registratie moesten mensen hun naam, werkgebied en nationaliteit doorgeven. 

10.000 goudzoekers geregistreerd in 2011

Tien maanden later zei Dompig in het STVS-programma ‘Mmanten Taki’, dat in 2011 ruim 10.000 goudzoekers waren geregistreerd en 200 machinehouders. Er zouden ongeveer 30.000 porknokkers actief zijn in het binnenland. Begin maart 2012 maakte het lid van de Commissie Ordening Goudsector Melvin Linscheer bekend dat 14.500 goudzoekers waren geregistreerd. Daarvan slechts 3.827 Surinamers en maar liefst 10.849 buitenlanders, voornamelijk Braziliaanse garimpeiro’s.

In de tweede week van juli 2012 begon de commissie met het verstrekken van legitimatiebewijzen aan alle geregistreerde goudzoekers. Volgens Dompig vormde het pasjessysteem een belangrijk onderdeel van de herstructurering van de goudsector. Het ging om ID-kaarten, waarop alle biomedische gegevens van de houder, zoals vingerafdrukken, waren opgenomen. Het pasjessysteem was een kostbare, maar noodzakelijke, operatie. De software zou rond de 200.000 Surinaamse dollar hebben gekost. De ID-kaarten hadden een watervast laminaat laagje met ingebouwde chip, waarop de persoonsinformatie van de goudzoeker was vastgelegd. De beveiliging van de chip was nodig om te voorkomen, dat de gegevens makkelijk gekopieerd konden worden voor fraudegevoelige handelingen. De chip registreert alle bewegingen van de kaarthouder, waardoor de verantwoordelijke instanties exact kunnen weten in welke mijn een goudzoeker zich bevindt. Vanwege de hoge kosten van de operatie werd eenmalig een bedrag van Srd 700 voor lokale goudzoekers in rekening gebracht. Buitenlandse goudzoekers moeten Srd 1.700 moeten betalen voor hun pas.

De eerste mijnbouwpas voor goudzoekers werd pas op vrijdag 7 september 2012 door Dompig overhandigd aan een Braziliaanse goudzoeker uit het Meriangebied (zie foto top). De Commissie Ordening Goudsector was twee maanden eerder begonnen met de tweede registratiefase van goudzoekers die in aanmerking kwamen voor de pas. Volgens Dompig liet de pas iets langer op zich wachten vanwege technische problemen en problemen met de stroom- en internetvoorziening. 

Meeste porknokkers en garimpeiro’s zaten niet te springen om pas

De pas heeft voor zowel de overheid als de goudzoeker voordelen. Met de pas wordt een goudzoeker gekoppeld aan het belastingsysteem van de overheid, mag de goudzoeker werken in de goudsector en wordt hij lid van de School of Mining, welke school ook nauwelijks van de grond is gekomen.

Nadat op 7 september 2012 de eerste biomedische pas aan een goudzoeker was overhandigd, werd al snel duidelijk dat de meeste porknokkers en garimpeiro’s niet zaten te springen om een dergelijke pas. Twee maanden later moest Gerold Dompig erkennen, dat de verstrekking van de identiteitspas een ‘klein onderdeel’ was in vergelijking met het andere werk dat zijn commissie moet verzetten. Hij bleek niet eens te weten hoeveel pasjes waren verstrekt. “Het zou belachelijk zijn als ik bij moest houden hoeveel van die pasjes al verstrekt zijn.”

20.000 goudzoekers geregistreerd, maar 100 met een pasje begin 2013

De Commissie Ordening Goudsector maakte op 7 februari 2013 bekend, dat 20.000 goudzoekers waren geregistreerd, maar dat het verstrekken van pasjes aan de goudzoekers om toegang te kunnen verkrijgen tot aangewezen gebieden door de commissie, stroef verliep. Slechts honderd personen beschikten op 7 februari 2013 over een pasje….. Sindsdien werd geen enkele informatie meer door de commissie verstrekt over de gang van zaken rond de pasjes, hoeveel goudzoekers inmiddels een dergelijk pasje hebben en of en zo ja, hoeveel, er aan belasting wordt afgedragen door geregistreerde goudzoekers.

De vraag is anno augustus 2022 wat er is gebeurd met al die geregistreerde goudzoekers. De goudzoekers zijn slechts geregistreerd en wat er met hun gegevens is gebeurd is volstrekt onduidelijk.

In het voorlaatste deel 4 het Brownsberg Natuurpark en nieuwe leiding Commissie Ordening Goudsector.

PK

error: Kopiëren mag niet!