De delegatie van de Nederlandse Tweede Kamer die deze dagen voor een werkbezoek in Suriname verblijft heeft maandag 15 augustus een gedachtewisseling gehad met minister Albert Ramdin van Buitenlandse Zaken, International Business en Internationale Samenwerking (BIBIS). Het bezoek heeft te maken met het onderzoek naar het koloniale verleden van Nederland.
De bewindsman zegt in gesprek met de Communicatie Dienst Suriname (CDS), dat het goed is dat de Tweede Kamerleden zich persoonlijk aan het oriënteren zijn. “Het gaat om een discussie die hier in Suriname gevoerd moet worden.” De vraag of het Nederlandse kabinet excuses moet aanbieden voor het Nederlandse slavernijverleden staat centraal bij dit werkbezoek.
Minister Ramdin accentueert dat terwijl men heel nadrukkelijk wil focussen op het slavernijverleden, het wel cruciaal is om aan te geven dat het koloniale verleden meer is dan alleen de slavernij. “Het is belangrijk dat Nederland dat weet, omdat de effecten waarover we praten in de Surinaamse samenleving zelfs van voor de slavernij zijn. Er wordt weinig aandacht aan geschonken aan het segment van de inheemsen. Op een brute manier hebben er mensenrechtenschendingen plaatsgevonden. Gemeenschappen zijn totaal ontwricht. Hierover moet ook breedvoerig gediscussieerd worden.”
Minister Ramdin erkent, dat het slavernijverleden een belangrijk deel van het koloniale verleden behelst. Het heeft gezorgd voor emotionele schade, trauma’s en generatielange gevolgen.
“De slavernij is langdurig geweest. Alle principes van waardigheid en mensenrechten zijn geschonden. Hierover moet nog lang worden gesproken.”
Hij geeft verder aan, dat ook de contractarbeiders niet op de meest waardige manier zijn behandeld. “De situatie zoals toen die geëscaleerd is in Mariënburg, in het jaar 1902 is een voorbeeld daarvan.”
De bewindsman merkt op dat er polarisatie is ontstaan in de samenleving door het handelen van de kolonisator. “Wanneer we praten over het koloniale verleden moeten we veel ruimer denken. De effecten zijn veel diepgaander dan men denkt”, aldus minister Ramdin.
Hij zegt dat er ook voor de onafhankelijkheid issues zijn geweest. Deze waren op politiek-bestuurlijk niveau. Hij geeft aan dat het van belang is om deze vraagstukken ook in beschouwing te nemen. Ramdin hoopt dat wanneer er excuses zullen komen, deze niet alleen als formaliteit zullen dienen. Het moet vertaald worden in concrete acties.