Dochter: “President, laat moord op mijn vader onderzoeken”
Sunil Oemrawsingh, voorzitter van de stichting 8 December 1982, herinnert de Surinaamse gemeenschap, dat in de nacht van 4 op 5 augustus 1990, de politie-inspecteur Herman Gooding werd vermoord, nadat hij uit de toenmalige brigade van de Militaire Politie wegreed. Tegenwoordig het perscentrum van de president.
Het lichaam van deze moedige inspecteur van politie, van wie het hoofd uit elkaar geschoten was, werd de volgende morgen gevonden, niet ver van het huidige DNA-gebouw. Ook deze lafhartige moord op Inspecteur Herman Gooding is, zoals vele andere moorden en mensenrechtenschendingen, niet onderzocht. Onze samenleving moet beseffen dat ”straffeloosheid beschouwd wordt als de belangrijkste factor in het chronisch herhalen van mensenrechtenschendingen, en dat het slachtoffers en hun naasten volledig weerloos laat”.
Het onderzoek waar Inspecteur H.Gooding mee bezig was hield verband met de moordpartij in Moiwana op 9 november 1986. Herman Gooding zij ijver en integriteit werden hem fataal.
De Stichting 8 december 1982 roept de regering op,een strafrechtelijk onderzoek te laten instellen.
De Stichting heeft met belangstelling vernomen dat president Santokhi’s regering voornemens is het in aanbouw zijnde politiebureau aan de Gemenelandsweg af te bouwen en stelt voor dat Hoofdbureau te vernoemen naar de held Herman Gooding die zijn leven heeft gegeven ter bescherming van de mensenrechten en de rechtsstaat. Zo zal Suriname hem nimmer vergeten. Hij gaf immers zijn leven om anderen te beschermen.
Stichting 8 december 1982, Sunil Oemrawsingh, voorzitter
Open brief aan president over moord op Herman Gooding
“Geachte president Santokhi,
Langs deze weg wil ik u in herinnering brengen, wijlen mijn vader inspecteur Herman Gooding, die op deze dag, 5 augustus in het jaar 1990, tijdens het uitoefenen van zijn functie vermoord werd. Mijn vader werkte in die periode onder u en tijdens een herdenkingsdienst waar hij postuum geëerd werd, heeft u beloofd dat deze lafhartige moord tot de bodem onderzocht zou worden.
Uw E-book heb ik gelezen waarin beschreven staat hoe u die nacht heeft beleefd, dat u die nacht ook vreesde voor uw eigen leven, omdat u de boodschap had gekregen dat u ook zou worden opgehaald. Toen de ochtend aanbrak voelde u zich blij als nooit tevoren want u had het overleefd.
Voor ons als familie was het een zwarte dag. Mijn moeder was haar echtgenoot kwijt en wij onze vader en dat allemaal omdat mijn vader stond voor wet en recht. Na de moord werden ‘blinde muren’ opgeworpen en alles werd in de doofpot gestopt, tot de dag van vandaag.
U bent nu president… daarom is mijn vraag: “Wanneer zullen wij meemaken dat er in ons geliefd Suriname gerechtigheid zal zegevieren en de daders opgespoord, vervolgd en berecht zullen worden?” President Santokhi, het is nu aan u om daadwerkelijk de moord van Inspecteur Herman Gooding, één van uw Waarachtige Manschappen, te laten onderzoeken.
Wij kijken uit naar uw reactie.
Bij voorbaat dank,
Melinda Nijbroek-Gooding”