Een wijziging van de huidige ID-kaartenwet zal het mogelijk maken dat de oude ID-kaarten die vanaf maart dit jaar niet meer geldig zouden zijn, nog twee jaren geldig zullen zijn. De burger die in het bezit is van een ID-kaart uitgegeven op basis van de oude ID-wet van 1974 mag deze vertonen onder overlegging van een bewijs, waaruit blijkt dat een aanvraag voor een biometrische ID-kaart reeds is ingediend bij het Centraal Bureau voor Burgerzaken (CBB).
Het wetsvoorstel tot wijziging van de ID-kaartenwet is gisteren door de Nationale Assemblee in behandeling genomen en met algemene 45 stemmen aangenomen.
Het CBB (Centraal Bureau voor Burgerzaken) is na de inwerkingtreding van de ID-kaartenwet 2018 gestart met het vervaardigen en uitgeven van biometrische ID-kaarten (E-ID). Vanwege een wereldwijde tekort aan elektronische gegevensdragers (chip) bestemd voor deze ID-kaarten, kunnen de blanco kaarten niet tijdig worden geleverd aan de staat en wordt de productie hierdoor enigszins gestagneerd.
Als gevolg hiervan kunnen aanvragers niet tijdig over een biometrische ID-kaart beschikken en worden zij belemmerd bij het doen van onder andere burger- en bankzaken.
Voorts doen zich overmachtsituaties voor, waardoor het CBB niet in staat is om binnen de in de wet aangegeven termijn een biometrische ID-kaart uit te geven.
Beide gevallen nopen om de wet te wijzigen, waardoor zowel de burger als het CBB kunnen voldoen aan hun verplichtingen.
Vanaf de inwerkingtreding van de huidige ID-kaartenwet in 2019 zijn in totaal meer dan 343.000 biometrische ID-kaarten uitgegeven door het CBB. Nog ruim 100.000 burgers hebben nog geen biometrische ID-kaart. Bijna 49.000 moeten hun aanvraag voor een biometrische ID-kaart nog doen en 20.000 aanvragen zijn in proces. Ongeveer 10.000 ID-kaarten moeten door de aanvragers nog worden opgehaald. De groep van burgers die volgens de wet ID-plichtig zijn, doch niet in het bezit is van een ID-kaart bestaat uit ongeveer 17.400 personen.
SS