In Suriname is voor het eerst Javaans Nieuwjaar gevierd. Dat is het bewijs, dat in Suriname we een functionerende multi-etnische samenleving hebben. De Staat heeft erkenning voor de cultuur en de religie van de verschillende groepen die in Suriname aanwezig zijn en gedurende de vele jaren onderdeel zijn gaan vormen van de diverse samenleving.
Javaans Nieuwjaar is een erkenning van de belijders van het Javanisme en de Javanisten. De groep Javanisten heeft lang aan de weg getimmerd en bekendheid gegeven aan de leerstellingen en de levensbeginselen van deze levensstijl. De Javanisten zijn een groep die heeft vastgehouden aan de op de natuur gebaseerde religie die voorkomen op de Indonesische archipel. Maar, het zou ook bestaan uit een groep waar mensen terugkeren van religies die als zeer streng en met een moeilijk erop na te houden levensstijl bekend zijn, waaronder de Islam. Een belangrijk deel van de moslimbevolking van Suriname bestaat uit de zogenaamde Javanen. Er zijn onder de Javaanse Surinamers personen die de levensleer van de Islam als zeer moeilijk ervaren. Dan heeft het te maken met het vasten, het vijf keer per dag bidden, geen alcoholische drank gebruiken voor plezier en varkensvlees weren. Er is een trend onder deze groepen om over te stappen naar het Javanisme, dat minder strenge regels zou hebben.
Maar, onder de groep Javanisten zijn er ook overtuigde gelovigen die aangetrokken zijn door de levensleer en door de binding met de voorouders. Onder de Javanen is er ook wat lijkt op een groeiende bekering naar het christendom. Dat is op een hoger tempo dan bijvoorbeeld de hindoestanen. In veel Javaanse buurten staan naast moskeeën ook kerken. Het is onduidelijk of er ook gebedshuizen van de Javanisten voorkomen en hoe die te herkennen zijn. En of er ook heilige boeken zijn, zoals de Bijbel of de Koran. Met ingezonden stukken en andere programma’s op bepaalde zenders wordt veel informatie gegeven over de levensleer.
Er is hard aan de weg getimmerd en de erkenning is eindelijk gekomen. De Javanisten kunnen op den duur ook deel gaan uitmaken van de Inter-Religieuze Raad in Suriname. We weten dat er geestelijken zijn die bij Binnenlandse Zaken zijn geregistreerd en die vanuit de overheid een zekere vergoeding van onkosten krijgen. De vraag rijst nu of de geestelijken van de Javanisten ook door Binnenlandse Zaken een vergoeding moeten krijgen.
De erkenning van de Javanisten is een erkenning van de Javaanse bevolkingsgroep die een zeer belangrijk geïntegreerd segment is van de Surinaamse samenleving. De Javanen kwamen volgens het vestigingsbeleid van de koloniale overheid in bepaalde wijken van Suriname te wonen. Deze wijken waren van latere datum dan de wijken die voor de hindoestanen was gemaakt. De opzet van deze ‘dorpen’ was verschillend met dat van de hindoestanen. Zo zien we dat hij de hindoestanen alle grond werd gebruikt voor de productie. De grond werd bijna volledig gebruikt voor het verbouwen van gewassen en het telen van grote en kleine herkauwers. De Javaanse wijken bestaan uit kleinere stukken grond en er zijn ook gemeenschapszalen en voetbalvelden aangelegd.
De Javaanse groep is een behoorlijk geïntegreerde groep in Suriname. De integratie heeft plaatsgevonden via arbeid, onderwijs, politiek en ondernemerschap, maar ook via kunst, cultuur en culinair. De mate waarin de Javanen qua muziek meededen aan de main stream komt bijvoorbeeld niet voor bij de hindoestanen. We denken dan bijvoorbeeld aan artiesten als Ragmad Amatstam (Koewarasan), Eddy Assan en Oesje Soekatma (Koewarasan) die op deze manier niet voorkomen bij de hindoestanen. De cultuurarmoede die bestaan heeft en voortduurt onder de hindoestanen, heeft niet bestaan bij de Javanen. Hun bijdrage is onuitwisbaar aan de Surinaamse culinair keuken die ver buiten de grenzen van Suriname ook bekend is. De Javaanse groep is een zeer intensieve verrijking geweest van de Surinaamse cultuur. We schrijven al geruime tijd. dat er sprake is van afkalving en verlies van taal en cultuur. We hopen dat het erkennen van Javaans Nieuwjaar bij zal dragen aan een opleving van de zeer mooie Javaanse cultuur.
Onder de Javanen is er sprake van een grote leemte aan voorbeeldgevend leiderschap. Er is in elk geval groot huiswerk voor het Directoraat Cultuur om de Javaanse cultuur en haar vele mooie uitingen te conserveren. Wij zijn niet ervan overtuigd, dat Cultuur daarvan overtuigd is. De Javaanse bevolking in Suriname is te danken aan de immigratie die door de Nederlanders in gang werd gezet voor de plantage-economie. De eerste leden hiervan werden eind 19e eeuw door de Nederlandse kolonisators uit toenmalig Nederlands-Indië aangevoerd. Na de afschaffing van de slavernij in Suriname had men nieuwe arbeidskrachten nodig voor de plantages. In totaal kwamen 32.956 mensen van Oost-Indië als contractarbeiders naar Suriname. Iets meer dan 26% van hen keerde terug naar hun thuisland. Ongeveer 24.000 immigranten bleven in Suriname. In de census van 2012 telden hun nakomelingen 73.975 leden in Suriname, naast nog een aantal mensen van gemengde afkomst.
Sinds de tweede helft van twintigste eeuw zijn veel Javanen geëmigreerd, zodat ook buiten Suriname grote groepen Javaanse Surinamers te vinden zijn. Een eerste groep vertrok in 1954 naar het pas onafhankelijke Indonesië en vestigden zich op West-Sumatra. Tijdens en na de onafhankelijkheid van Suriname vertrokken veel Javanen, net als leden van andere Surinaamse bevolkingsgroepen, naar Nederland. Een kleinere gemeenschap bestaat in Frans-Guyana.
De Javaanse bevolkingsgroep is belangrijk geweest in Suriname en verdient zeker de erkenning met Javaans Nieuwjaar.
(Bron foto top: Mike Wardi, Dansgroep Sinar Anyar)