Kinderartsen in het Academisch Ziekenhuis Paramaribo (AZP) hebben in een brief aan minister Amar Ramadhin van Volksgezondheid alarm geslagen over de actuele situatie op de afdeling Neonatal Intensive Care Unit (NICU). Vanwege vooral een tekort aan personeel aan bedden zien de kinderartsen zich genoodzaakt om baby’s te weigeren. Volgens de artsen zijn hierdoor zelfs helaas twee baby’s overleden.
De kinderartsen stellen in brief dat er nu zelfs sprake is van een code zwart. zwart terecht gekomen. Sluiting van de afdeling Neonatal Intensive Care Unit dreigt zelfs, aldus de bezorgde kinderartsen. “Er is dan geen noodzaak meer voor een neonatoloog en is het de vraag of de kinderartsen van het AZP ook hun diensten zullen blijven verlenen”, zo schrijven de artsen.
Zij willen aanpassing van de salarissen en dat er tijdelijk gekwalificeerd personeel uit het buitenland wordt aangetrokken om de afdeling draaiende te kunnen houden en zorg voor baby’s te kunnen blijven garanderen.
“De directie van het AZP en u zijn reeds in maart 2022 op de hoogte gesteld om hoeveel gekwalificeerd personeel het gaat om in code oranje te belanden. Tevens delen we u mede, dat wij als kinderartsen van het AZP niet participeren in dialoog met derden waar de directie van het AZP en het ministerie niet bij betrokken is. Het is momenteel code zwart voor de neonatologische zorg in Suriname, dit probleem dient op het hoogste niveau aangepakt te worden. Als kinderartsen zijn onze handen momenteel dringend nodig aan het bed van het Surinaamse kind en kunnen we ons niet permitteren om tijd te verspillen. We houden de directie van het AZP op de hoogte van de ontwikkelingen en hopen op daadkrachtig ingrijpen uwerzijds”, zo schrijven de AZP-kinderartsen in hun brief aan minister Ramadhin.
“Het werk wordt vanuit alle kanten beperkt”
Volgens een arts is de situatie zelfs erger. De man uit op zijn Facebook-pagina zijn zorgen in negen punten. “Dagelijks hopende dat er niet gebeld wordt dat er een prematuur (vroeg geboren) kind is geboren of een zieke baby zich aanmeldt, want per definitie weet je dat het een drama zal zijn om die te helpen.” Volgens deze arts wordt het werk met alle liefde verricht, “maar vanuit alle kanten wordt het beperkt, van personeel tot verbruiksartikelen”. “ Soms weekenden achter elkaar werken. Want collega’s zijn vertrokken om een beter leven te zoeken. En dagelijks voel je aan, dat je anytime kan instorten door een burnout, maar je kan niet stoppen, omdat de collega’s die achter zijn gebleven ook op het punt van een burnout staan. Dus als jij uitvalt dan is het hek van de dam.”
“Je familie en gezin verwaarlozen om overuren te maken”
Deze bezorgde arts stelt ook, dat “logisch nadenken een luxe is geworden; zo moe dat je bent als zorgverlener”.
“Je familie en gezin verwaarlozen om overuren te werken, want de diensten moeten gedekt worden is onderdeel van de struggle. Als roostercommissie belt hoop je dat je aangevraagde verlof niet wordt ingetrokken, want is rooster technisch onmogelijk. 40 uren per week worden heel snel 60 en 80 uren. Uitrusten na lange dienst voor de volgende dienst wordt nu geclassificeerd als ontspanning. Maar guess what, de waardering voor het personeel blijft nog steeds uit, integendeel.”
“Code zwart betekent, we kunnen niet meer”
Volgens de arts betekent code zwart, dat er niets over is “van onze energie, ons leven, we kunnen niet meer, we hebben ademhalings ruimte nodig, noem maar op”. “En als de neonatale afdeling van het AZP sluit betekent dat, dat vrouwen in Suriname met dreigende vroeggeboorte thuis mogen blijven en hopen dat hun kind het haalt. Alle voldragen baby’s met infectie zullen op zijn max met orale antibiotica thuis zitten en hopen dat hun kleine lichaampjes het zelf aankunnen. Alle vrouwen met hoge bloeddruk zullen cito een keizersnee krijgen en hopen dat dat kind er prima uitkomt. Want couveuse bestaat niet meer.”
“En, oh ja, alle hartpatiënt baby’s zullen aan hun lot overgelaten worden. Want hoe help je een hartpatiënt zonder een NICU/PICU?”
Suriname is volgens de bezorgde arts bevoorrecht met een neonatoloog (baby specialist), de meeste Caribische landen beschikken niet eens over een halve. “En als die besluit om weg te gaan, wordt de NICU gesloten.
Dan zal elk huis een NICU zijn en elke moeder een neonatoloog worden want daar zullen die baby’s geholpen worden.”
Besef
De man eindigt zijn relaas met de duidelijke woorden: “Ik hoop dat de beleidsmakers beseffen waar we staan met ons gezondheidssysteem.”
Oplossingsmodellen
Minister Ramadhin heeft inmiddels vrijdag een overleg gehad met de kinderartsen en de directie van het AZP over de ernstige situatie.
Bij het overleg zijn concrete oplossingsmodellen voorgesteld door de partijen, zo meldt het ministerie ‘s avonds in een persbericht.
Het acuut tekort aan gekwalificeerd kader, met name de NICU-verpleegkundigen, moet worden opgevangen. Daartoe wordt een delegatie van het AZP in de gelegenheid gesteld om op korte termijn via Cuba en Nederland een aantal NICU-verpleegkundigen te werven.
In verband met de herwaardering van de zorgwerkers is een ontmoeting tussen directie en RvC van het AZP gepland met de minister van Volksgezondheid over de implementatie van een nieuwe loonreeks.
In afwachting op de eventuele implementatie van de loonreeks is door de minister van Volksgezondheid gevraagd aan de directie van het AZP om een exercitie te maken over een aanpassing van toelagen aan de specifieke groep zorgwerkers.
Het ministerie van Volksgezondheid laat weten er alles aan te doen om zo snel als mogelijk concrete oplossingen te vinden voor het ontstane probleem en doet een beroep op elke actor in deze zorg om zich zoveel als mogelijk in te zetten ter bevordering van de gezondheid van de doelgroep.
Problemen bij NICU niet vandaag of gisteren
Overigens, begin dit jaar was het ministerie van Volksgezondheid al in gesprek met het AZP en de Vakgroep Kindergeneeskunde om diverse oplossingsmodellen uit te werken. Begin maart werd na overleg tussen de NICU, AZP en het ministerie gekeken naar het wegwerken van personeelstekorten door het inzetten van personeel uit het buitenland.
Terwijl er gewerkt werd aan de acute tekorten en daarmee de garantie voor zorg, was het ministerie in overleg met diverse instellingen over de wijziging c.q. invoering van maatregelen om de ‘brain drain’ – ofwel het vertrek van personeel – tegen te gaan. Daarbij werd niet uitgesloten dat het wijzigen van de loonstructuur een belangrijke maatregel zou zijn om dit probleem tegen te gaan.
Op korte termijn zou gekeken worden naar maatregelen naar specialistische zorgpersoneel toe, zodat de ‘brain drain’ zou kunnen worden gestopt.
Inmiddels is het medio juli en geconstateerd moet worden, dat er kennelijk tussen maart en vandaag de dag weinig tot niets is gebeurd om de druk op de NICU te verminderen, ondanks mooie woorden en toezeggingen. Met de vrijdag gemaakte afspraken en gedane voorstellen, die veel weg hebben van wat eerder dit jaar al was overeengekomen, schijnt de zon mogelijk toch aan de horizon voor het personeel van de NICU.
PK