Afgelopen weekend werd het Islamitische offerfeest, bekend als de Ied-ul-Adha, gevierd. Doordat Suriname de afgelopen twee jaren in de ban was van de Coronavirus pandemie, werd deze feestdag in stilte gevierd. In tegenstelling tot de afgelopen jaren waren er weer Ied gebeden in de moskeeën en op het Onafhankelijkheidsplein.
Het offeren van dieren mocht weer in de verschillende moskeeën en slagerijen die door het ministerie van Landbouw, Veeteelt en Visserij zijn goedgekeurd.
De eerste dieren werden zaterdag al vroeg geofferd. Zondag werd er ook geslacht. Het vlees werd in de moskee gekapt in kleinere stukken en van daaruit vond de verdere distributie plaats. Dagblad Suriname sprak met Samseerali Sheikh-Alibaks, voorzitter van de Ahmadiyya Moslim Gemeenschap Suriname (AMGS). Hij gaf aan dat het Ied-ul-Adha feest een heel bijzonder moment is voor de moslimgemeenschap.
De offers die profeet Abraham (vrede zij met hem) bracht, worden jaarlijks herdacht tijdens het Ied-ul-Adha feest. Niet het bloed noch het vlees bereikt Allah, benadrukt Sheikh-Alibaks. Het is de gedachte van bereidheid om alles te offeren voor de Heer indien dat gevraagd wordt van de dienaren. Het vlees wordt verdeeld onder de behoeftigen, familie en vrienden.
Sheikh-Alibaks gaf aan dat de offeren van het jaar weer normaal kon plaats vinden. Het is uiteindelijk allemaal vlot verlopen. “Wij danken de Almachtige voor zijn genade en barmhartigheid, ook in deze tijd”, besluit de voorzitter van de Ahmadiyya Moslim Gemeenschap Suriname.