Suriname viert morgen onder zeer interessante omstandigheden Keti Koti. Er is zeker de laatste 2 jaren veel te doen geweest met betrekking tot de natie. Het is duidelijk, dat na de verkiezing iets is veranderd in Suriname. Voor de verkiezing hadden we de stelling van de BuZa-minister van Nederland die aangaf dat de Staat Suriname een ‘failed state’ is. Met name stelde toenmalig minister Stef Blok dat de multi-etnische samenleving in Suriname was gefaald en mislukt. Suriname zou een verdeelde samenleving zijn, onder andere politiek-etnisch verdeeld. Deze stelling was hard aangekomen in Suriname, zowel in de politiek als in de samenleving, dus bij de normale man van de straat. De Surinaamse regering kwam in verzet en er kwamen excuses vanuit de Nederlandse regering.
Maar, de meningen in Suriname over de multi-etnische samenleving waren toch wel verdeeld. Met name de Nederlanders van Surinaamse komaf waren bereid om de politiek minder correcte opvattingen te uiten. Wanneer i juli en de dag van de hindoestaanse migratie naderen dan komt de discussie in Suriname met betrekking tot de natievorming om de hoek kijken. De gedachte om een natie na te streven heeft oorsprong in de jaren ’60. De Surinaamse samenleving is van oordeel, dat de natie nog in ontwikkeling is. Er zijn mensen die denken dat de natie nooit zal ontstaan door tegenstrijdige belangen, vooral economische belangen. Er zijn mensen die stellen, dat die natie al voldoende als eenheid bestaat.
Er zijn ook ideeën hoe tot de natie te komen of die te versterken. Er zijn daaronder van die achterhaalde ideeën. Een van die achterhaalde ideeën is, dat er integratie moet plaatsvinden middels een vermenging van de bevolking. Een min of meer gedwongen vermenging is wat ons betreft verwerpelijk, de vrijwillige vermenging is wel mooi om te zien. Maar, mooier is te zien de vrijheid van de Surinaamse samenleving en het samen met elkaar leven en werken. Na 1975 is de Surinaamse bevolking samen tot elkaar gekomen en een natie geworden op het minimale basisniveau waar er geen weg meer terug is. We hebben het hier vaker gesteld en we herhalen het graag: het Sranantongo oftewel het Sranan is het bindmiddel van de Surinaamse samenleving. Het is eerst gesproken in de kringen van de nazaten van de tot slaafgemaakten. Het is vanuit de Europese talen van de slaven met een Afrikaanse basis geworden tot wat het werd ten tijde van het formeel vaststellen van de Sranan spelling die heel weinig wordt gebruikt. Maar. de taal is steeds in beweging en een zeer rijke taal. Het wordt al decennia gesproken ook in de kringen van de andere bevolkingsgroepen.
De Surinaamse natie is een feit, we hebben een weg afgelegd en we zijn een punt voorbij gegaan na 1975 waar er geen weg meer terug is. Waar lag het kruispunt toen wij het basale natiepunt van no return bereikten? Velen, vrienden en vijanden van de zogenaamde Revo, beweren dat het punt ergens ligt na 1980. De waarheid moet eens wetenschappelijk worden vastgesteld en het antwoord hoeft niet ver ernaast te liggen. Het worden van de Surinaamse natie tot een onbreekbaar basaal geheel, is meegemaakt door het deel van de Surinaamse bevolking die al die tijd hier heeft gewoond en gewerkt. Wat het is en wat het betekent, is onbekend bij de Surinaamse diaspora die in en rond 1975 massaal zijn biezen pakte en uit vrees voor de natievorming zich ging vestigen in Nederland. De vraag rijst daarom of de diaspora, nu ze niet begrijpen hoe de Surinaamse samenleving tot elkaar is gekomen, wel in staat is om met de juiste mindset een bijdrage te leveren. Wij sluiten dat niet uit, maar wij denken dat dit meer een hoge uitzondering zal zijn dan een regel.
Het is daarom ook duidelijk te zien dat degenen die het Surinaams bindmiddel niet herkennen en erkennen, vaker vanuit het veilige Nederland, het vuur dat niet aan te steken is, in Suriname willen aansteken en dan vanuit een afstand willen toekijken. We hebben gezien hoe degenen die het dichterbij komen van de natie niet hebben meegemaakt, het kunnen opbrengen om in het openbaar de president uit te schelden en het Surinaams gezicht te schenden. Tot deze daden kan men niet komen als men in het land zou zijn gebleven en de werking van het Sranantongo zouden hebben meegemaakt.
Er zijn velen in Nederland, die zich mengen in de Surinaamse discussie, die uitgaan van de stand van zaken in 1973-1975. Men hanteert dus een heel oud beeld van Suriname en daarom zullen hun handelingen weinig effect hebben. Alleen degenen die onstabiel zijn, zullen daarvoor gevoelig zijn. Maar, voor politieke doeleinden zijn er lieden die de zaak in Suriname willen opdelen. Zo zijn recent door een econoom uitspraken gedaan tegen bepaalde bevolkingsgroepen die gebaseerd zijn op vooroordelen en af te keuren zijn. Nu worden die uitspraken van die econoom aangemerkt als uitspraken gedaan door de grootste regeringspartij. Waarschijnlijk heeft een bekende exponent van de grootste oppositiepartij die vaak in de media is, daarop willen reageren, door aan te geven dat een hele bevolkingsgroep terug moet naar het land van herkomst in Azië. Daags erna kwam hij op de radio om zijn verontschuldigingen aan te bieden, maar hij vergat bijna om ook sorry te zeggen over deze uitspraken. Dat zijn dan de mensen die onstabiel zijn waar het hier over hadden.
Wij, degenen die in Suriname leven, weten hoe kostbaar de natie is en wat de betekenis is van de Keti Koti voor ons allen. Het regardeert ons allen. En daarom zijn ongeadresseerde spijtbetuigingen in Nederland en ongemeende spijtbetuigingen hier te lande waarbij men confrontatie met de waarheid uit de weg wil gaan, stuitend.
Maar, nu terug naar de Suriname anno 2020 en daarna. We zien dat vanuit bepaalde hoeken voor politieke motieven tegenstellingen tussen bevolkingsgroepen wordem aangewakkerd. Het heeft dan opvolging onder bepaalde beperkte kringen en dan leidt het tot uitwassen en opsluitingen. De regering van Suriname heeft een zware taak om duidelijk voelbaar te maken dat men er is voor de gehele Surinaamse bevolking. Daarvoor moeten alle symbolische handelingen op het gehele grondgebied via de regeringsleider en het staatshoofd gaan en moet er vanaf worden gestapt dat bepaalde handelingen via de vp gaan. De regering heeft een taak om nu sociale misstanden aan te pakken door met name de werkloosheid, goede lonen, stabiele prijzen, goede secundaire voorzieningen, goed gezondheidszorg en vooral de woningbouw ter harte te nemen. Dat kan via de vele leningen die ook nu worden genomen. De regering kan beginnen door versneld, dit jaar nog, het appartementsrecht via een initiatiefwet in orde te maken en uiterlijk medio juli 2023 de eerste 500 appartementen aan degenen die het nodig hebben te geven. En niet aan DNA-leden en hun kinderen.
Bij 1 juli 2022 roepen we de regering op om hulde te brengen aan het Sranan en deze officieel te verheffen tot een nationaal symbool, nog eens als het eerder is gebeurd.